...

Veel heeft te maken met de introductie van nieuwe generieke varianten van bijvoorbeeld atorvastatine, valsartan, desloratadine en olanzapine. Van atorvastatine kwamen er zelfs twee generieke varianten op de markt, zowel een functionele als een defensieve generiek (cfr blz. 4). Dat had tot onmiddellijk gevolg dat het aandeel generiek van atorvastatine in april 2012 maar liefst 53 procent bedroeg en tot 94 procent ging in december 2012. Voor valsartan steeg het aandeel van de generiek eind 2012 tot 92 procent. Niet alleen het aantal verstrekkingen van generieke geneesmiddelen is toegenomen, maar ook het aandeel daarvan in het totaal aantal verstrekkingen is opgelopen. Bij de apothekers (die in Nederland veel gemakkelijker mogen substitueren dan bij ons) is de substitutiegraad blijven steken op 94,9 procent. Dat is wel 1,5 procent minder dan in 2011. De substitutiegraad zou echter serieus gedrukt zijn door het feit dat in de eerste maanden na het verstrijken van een patent zich altijd een fenomeen voordoet van 'uitverkoop' van de brand. Concluderend zeggen de analytici dat het toch wel opvalt dat generieken weliswaar 67 procent van de verstrekkingen in de apotheek uitmaken, maar toch maar 12 procent van de geneesmiddelenkost bedragen. Dat komt omdat de prijzen van de generieke geneesmiddelen onder invloed van het preferentiebeleid de vorige jaren opvallend zijn verlaagd. Het gevolg van dat preferentiebeleid is echter oko dat vorig jaar de Nederlandse apothekers wekelijks bij gemiddeld maar liefst 200.000 voorschriften op zoek moesten naar een alternatief voor het preferentieel geneesmiddel.