...

Een groep van de Universiteit van Cambridge heeft met CEST-NMR het gedrag van alfasynucleïne in de cellen onderzocht. Alfasynucleïne is een eiwit dat een rol speelt bij de ziekte van Parkinson, die wordt gekenmerkt door amyloïdafzettingen van slecht geplooid alfasynucleïne dat vastklit aan andere eiwitten, lewylichaampjes genoemd. De wetenschappers hebben opgemerkt dat calcium zich bindt aan het C-terminale uiteinde van alfasynucleïne, dat daardoor van structuur verandert en in interactie treedt met zijn omgeving, wat waarschijnlijk zeer belangrijk is voor de normale werking van de neuronen. De auteurs hebben voorts ontdekt dat een evenwicht tussen calcium en alfasynucleïne noodzakelijk is in de hersencellen. Als dat evenwicht wordt ontwricht, sterven de cellen af en vormen zich de aggregaten die leiden tot de ziekte van Parkinson.Het evenwicht kan worden ontwricht door een toename van de hoeveelheid alfasynucleïne (duplicatie van het gen), een tragere afbraak van een teveel aan alfasynucleïne bij het verouderen, een stijging van de calciumconcentratie in de neuronen en onvoldoende eliminatie van calcium door de neuronen. Als we een beter inzicht zouden krijgen in de rol die alfasynucleïne speelt in fysiologische of pathologische omstandigheden, zouden we misschien een nieuwe behandeling voor de ziekte van Parkinson kunnen ontwikkelen. Geneesmiddelen die het teveel aan calcium blokkeren, zouden ook een nieuw therapeutisch spoor kunnen vormen. referentie: Nature Communications, 19 februari 2018, doi:10.1038/s41467-018-03111-4https://www.nature.com/articles/s41467-018-03111-4