...

In ontwikkelde landen volgt slechts de helft van de chronisch zieke patiënten correct de therapie, dat wil zeggen dat ze op een correcte manier acht van de tien geneesmiddelen innemen", verduidelijkt Alain Chaspierre van de SSPF. Het is een fenomeen dat, zo leren de cijfers van de Europese officina-apothekers, de Europese gemeenschap ruim 125 miljard euro kost aan bijkomende kosten en verspillingen en tegelijkertijd jaarlijks ook 200.000 onnodige overlijdens tot gevolg heeft. Goed gebruik Een meta-analyse uit 2006 door het BMJ heeft al aangetoond dat een goede opvolging de mortaliteit met 44 procent kan doen dalen. Deze cijfers zijn confronterend, zeker als we weten dat de patiënt geneigd is om zijn eigen therapietrouw te overschatten. Net daarom wil het SSPF samen met het SSMG een hulpmiddel ontwikkelen: een posologiefiche. In een tiental officina-apotheken werd in 2009 al een proefproject gestart en de organisaties zouden dit systeem willen verderzetten. De posologiefiche wordt door de patiënt bijgehouden en bij elke consultatie bij een arts, specialist of apotheker bovengehaald. Op die fiche worden alle voorgeschreven medicatie vermeld, het moment van inname, hun indicatie enz... Op de lijst wordt echter ook alle niet-voorgeschreven medicatie vermeld, problemen bij de therapie, het voortijdig stopzetten van medicatie en de reden daarvoor. Op die manier kunnen zowel arts als apotheker bijsturen. De manier waarop die fiche nu wordt gebruikt, is archaïsch. Dat geeft ook Alain Chaspierre toe. Het is niet meer dan een A4'tje in karton. "Maar we kunnen niet uitsluiten dat we dit verder kunnen gebruiken eens we meer geïnformatiseerd zijn. De essentie van het project is echter om, via deze fiche, de dialoog met de patiënt aan te gaan. Ook wat automedicatie betreft." Als de fiche goed wordt ingevuld (of net niet) kan die ook een belangrijke signaalfunctie hebben. De apotheker kan op basis van de gegevens de patiënt aanraden opnieuw contact op te nemen met zijn arts. En natuurlijk heeft een officina ook andere middelen om de therapietrouw te bevorderen. De fiche veronderstelt ook de vrijwillige deelname van de patiënt. Dat heeft dan weer het voordeel dat het probleem van de privacy (die altijd als het zwaard van Damocles boven de apotheker hangt als hij een patiënt voor het een of het ander wil waarschuwen of wanneer hij van oordeel is dat de arts van iets op de hoogte moet worden gebracht) wat wordt omzeild. Diabetes Een ander initiatief dat nu op gang wordt getrokken is de diabetest. Veel patiënten met diabetes type II zijn niet op de hoogte van hun aandoening. Het zou goed zijn als een screening vroegtijdig diabetes aan het licht zou kunnen brengen, wat complicaties en dus ook bijkomende kosten vermijdt. Een diabeet kost per jaar gemiddeld 1.500 euro aan de gemeenschap en 5.000 euro als de aandoening niet onder controle is. De diabetest, zoals die voorgesteld werd door dokter Pizutto (SSMG) wordt via de officina's en de wachtkamers van de artsen verspreid. Via een tiental vraagjes over leeftijd, BMI, middelomtrek, fysieke activiteiten en voeding wordt het risico ingeschat dat de patiënt binnen nu en tien jaar diabetes ontwikkelt. Het is de bedoeling dat de patiënt over de aandoening wordt gesensibiliseerd. Een poging die trouwens wordt ondersteund door de autoriteiten en de andere eerstelijnszorg. Op die manier wordt de patiënt aangespoord om een arts te consulteren als de resultaten van de test alarmerend zijn. De apothekers sporen de patiënt ook aan om de vragenlijst onmiddellijk in de officina in te vullen. Zo vermijden ze dat de goede voornemens vergeten zijn eens de patiënten terug op straat staan. Dit soort test is ondertussen al drie maanden in Moeskroen uitgeprobeerd. Dit proefproject zal in Vlaanderen herhaald worden, maar dan in een dorp dat veel kleiner is: Damme. De ingevulde vragenlijsten zullen allemaal bij elkaar worden gevoegd en overhandigd aan het Instituut voor Volksgezondheid dat een evaluatie zal maken vooraleer groen licht wordt gegeven om dit initiatief verder te ontwikkelen. Zo ja, dan kan de diabetest tegen 2011 in het hele land worden ingevoerd. u