...

Ondervoeding is een onderschat probleem. Volgens een Belgische studie is 33% van de ziekenhuispatiënten, 16% van de bewoners van woonzorgcentra en bijna 13% van de thuiswonende ouderen ondervoed. Het aantal patiënten dat gevaar loopt om ondervoed te raken, is nog veel groter en het probleem wordt meestal laat opgemerkt. VoedingsteamsOndervoeding voorkomen of behandelen vraagt een stapsgewijze aanpak. In sommige gevallen is enterale of parenterale voeding nodig. In veruit de meeste ziekenhuizen zijn er voedingsteams, betaald vanuit het BFM, om dit proces te begeleiden en om te voorkomen dat te snel op kunstmatige voeding wordt overgestapt.Ziekenhuizen krijgen hier sinds 2014 jaarlijks ongeveer 25.000 euro voor vanuit het Budget Financiële Middelen (BFM) - 12.500 euro als basisbedrag, en de rest daarvan afhankelijk van het aantal en de samenstelling van hun bedden. Sinds 2011 is er daarnaast een jaarbudget beschikbaar van circa 7,5 miljoen euro nationaal, voor zogenaamde 'onco-diëtisten'.Het Kenniscentrum onderzocht op verzoek van het Riziv de terugbetalingsregels voor de kunstmatige voeding. De regels voor de terugbetaling verschillen erg volgens de soort van voeding: (enterale) sondevoeding tegenover parenterale voeding. En ook volgens de setting: in het ziekenhuis tegenover thuis, waarbij 'thuis' bijvoorbeeld ook op een woonzorgcentrum slaat.Het Kenniscentrum nam daarbij de rol van de voedingsteams mee onder de loep. Omdat daar geen studies over bestaan voerde het zelfs een systematische literatuurstudie uit. De voedingsteams spelen mogelijk een gunstige rol - maar dat is door de disparate opzet en de lage kwaliteit van het beschikbare onderzoek niet te bevestigen.Het Kenniscentrum stelt vast dat het terugvallen op kunstmatige voeding in ziekenhuizen over de jaren lichtjes vermindert - het gebruik van parenterale voeding neemt af terwijl dat van sondevoeding min of meer stabiel blijft. Maar of dit inderdaad het gevolg is van het inschakelen van voedingsteams kan niet uitgemaakt worden.Opvallende verschillenParenterale voeding valt in ziekenhuizen onder het geneesmiddelenforfait, terwijl de sondevoeding onder de ligdagprijs valt. Bij parenterale voeding moet de patiënt in het ziekenhuis wel dagelijks ongeveer 11 euro bijbetalen uit eigen zak voor supplementatie van vitaminen en sporenelementen. Voor sondevoeding vragen sommige ziekenhuizen 0,65 euro aan de patiënt.In het ziekenhuis valt sondevoeding daarmee goedkoper uit dan parenterale voeding - maar in de thuisomgeving is dat anders. Voor polymerische sondevoeding thuis betaalt de patiënt 11,85 euro uit eigen zak, en voor semi-elimentaire 28,08 euro. De patiënt moet zelf eerst de volledige prijs voorschieten en krijgt het niet-remgeld pas later terugbetaald. De patiënt moet ook zelf zorgen voor de voorschriften en voor alle administratie.Ziekenhuizen staan in voor de parenterale voeding in de thuisomgeving. Raar genoeg krijgt de patiënt dan de vitamines en sporenelementen er wel gratis bij. De ziekenhuizen zorgen ook voor het voorschrift en voor het afhandelen van de administratie.Parenterale voeding is voor patiënten thuis daarmee een stuk goedkoper en toegankelijker dan sondevoeding. Het is wel niet helemaal duidelijk of ziekenhuizen de patiënt iets rekenen voor het materiaal dat gebruikt wordt. Consistentere terugbetalingHet Kenniscentrum onderzocht wat het aan het Riziv zou kosten om ervoor te zorgen dat de ziekenhuispatiënt niet meer moet betalen voor vitaminesupplementen en dergelijke bij parenterale voeding. En om ervoor te zorgen dat enterale voeding ook thuis voor de patiënt gratis zou zijn.Parenterale voeding in het ziekenhuis voor de patiënt helemaal gratis maken, dat is inclusief de supplementen, zou het Riziv wat meer dan twee miljoen euro kosten - dat is wat alle patiënten tezamen nu betalen. Het Riziv kan de supplementen op voorschrift terugbetalen, of ze laten opnemen in het geneesmiddelenforfait - dat dan moet worden aangepast.Sondevoeding thuis volledig terugbetalen zou het Riziv ongeveer 14 miljoen euro kosten - bovenop het huidige budget voor medische voeding thuis van ongeveer 25 miljoen. Het Kenniscentrum oppert de mogelijkheid om de patiënten per dag nog een bijdrage van vijf euro vragen. Maar dat moet dat gebeuren in de verschillende situaties: ook voor parenterale voeding. En ook voor patiënten in het ziekenhuis.De eigen bijdrage van de patiënt moet verrekend worden in de maximumfactuur, wat vandaag voor (langdurige) sondevoeding thuis bijvoorbeeld niet het geval is.Meer aanbevelingenHet KCE pleit ervoor bij de terugbetaling de lat gelijk te leggen. Verdere 'aanbevelingen' van het kenniscentrum zijn:groepsaankopen voor sondevoeding, met een openbare aanbesteding, om de prijs daarvan te laag te houden;uitbreiden van de werking van de voedingsteams in ziekenhuizen naar de ambulante setting (voor de financiering daarvan zullen dan afspraken met de Gemeenschappen nodig zijn); de ziekenhuizen zouden ook de administratie rond sondevoeding thuis op zich kunnen nemen;de werking van de voedingsteams in ziekenhuizen, die van de onco-diëtisten en van de Riziv-conventies voor parenterale voeding thuis in een harmonische geheel gieten;het creëren van een centraal kennisplatform, en van een systeem van registratie en van kwaliteitsindicatoren. Het KCE-rapport 315A vindt u op www.kce.fgov.be . Naast de synthese kunt u het uitgebreide rapport in het Engels downloaden.