...

De ministerraad keurde onlangs een KB goed dat het elektronisch geneesmiddelenvoorschrift verplicht maakt vanaf 1 januari 2020. De 'wet houdende diverse bepalingen inzake gezondheid' van 30 oktober 2018 legde hiervoor de wettelijke basis. Momenteel krijgt de patiënt van de arts die een elektronisch geneesmiddelenvoorschrift maakt, altijd een bewijs op papier mee dat er een voorschrift is aangemaakt. Dat papier geeft de patiënt in de apotheek van zijn keuze af.Wat er met het bewijs van voorschrift gebeurt, staat niet in de wet. Maar uit het nieuwe e-gezondheidsplan, bijvoorbeeld, komt nog altijd de wens naar voren om het geneesmiddelenvoorschrift volledig te 'dematerialiseren' - of, in gewone mensentaal, papierloos te maken.Antwerpse onderzoekers van het Departement Farmaceutische Wetenschappen en van Huisartsgeneeskunde voerden een online-enquête uit met 273 deelnemers om de opinies van patiënten omtrent het elektronisch geneesmiddelenvoorschrift te leren kennen. Van de ondervraagde populatie vond 89% dat de patiënt altijd de mogelijkheid moet hebben om een bewijs op papier te vragen. En 21% vond dat het afleveren van zo een bewijs op papier eigenlijk verplicht moet blijven.Vooral oudere patiënten en patiënten die medicatie voor chronische aandoeningen gebruiken, vinden dat een bewijs op papier toch nodig is.De onderzoekers onderstrepen dat men de implicaties van het invoeren van nieuwe technologie goed in kaart moet brengen. Een belangrijk resultaat van de studie: 63% van de ondervraagden geeft aan wel eens medicijnen voor iemand anders, vaak een gezinslid, bij de apotheker te gaan halen. Als men het papieren voorschrift afschaft, dreigt men veel meer bureaucratie te krijgen om dat soort dingen te regelen.Lees verder in de Apotheker van maandag 25 maart: Betere communicatie over het e-voorschrift broodnodig