De strijd die de apothekers en de supermarktketen Leclerc voeren, wordt alsmaar grimmiger en begint steeds meer op een slechte soap te lijken. Leclerc heeft zijn laatste nederlaag kennelijk niet erg goed verwerkt en plant nu een nieuwe demarche. De keten vindt nu dat de Rechten van de Mens worden aangetast...
...
Vasthoudend, vastbesloten en niet van plan om ook maar voor iemand te buigen... Dat is Michel-Edouard Leclerc. Angst en scrupules zijn hem vreemd. Hij is nog maar net door het hof van beroep van Colmar veroordeeld tot het verwijderen van zijn bedenkelijke reclameboodschappen, of deze reus van de distributieketens is al in beroep gegaan. Hij haalt daarvoor een nieuw konijn uit zijn metersdiepe hoed: de vrijheid op informatie en opinieverspreiding, iets wat door het Europees verdrag van de Rechten van de Mens wordt gegarandeerd. Volgens Leclerc kadert zijn hele multimediale campagne immers in een debat dat elke mens aangaat: de kost van de gezondheidszorg. Het gaat helemaal niet om reclame, beweert Leclerc, want er wordt geen enkel product vernoemd, noch verkocht. Het gaat enkel om publieksinformatie voor de consument. "Leclerc heeft het recht om te zeggen wat hij wil over de concurrentie rond de niet-terugbetaalde geneesmiddelen en dat daar meer distributiemogelijkheden voor nodig zijn", heeft zijn advocaat van de Franse balie gepleit. "We willen dat de drogisterijen van Leclerc deze mogen verkopen om zo tot een werkelijke concurrentie en een werkelijke prijsdaling te komen." Het kamp van de apothekers heeft bij deze beweringen niet geaarzeld om onmiddellijk te reageren door erop te wijzen dat het werkelijke doel van Leclerc louter commercieel is. De advocaat van de verdediging heeft erop gewezen dat het Europees verdrag van de Rechten van de Mens duidelijk stipuleert dat de vrijheid van uitdrukking "aan bepaalde beperkingen kan worden onderworpen" zoals "de bescherming van de reputatie en de rechten van anderen". Hij verwijst daarmee naar de apothekers die door de campagne worden aangevallen. Kortom: weeral een aflevering van dit theaterstuk dat op 23 maart mag rekenen op een arrest van het hof van beroep in Colmar. Wat, en daar kunnen we niet aan twijfelen, opnieuw een volgende episode zal inleiden.