...

Al in 2019 werd de wet 'inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg' goedgekeurd (men noemt dit kortweg ook wel de Kwaliteitswet). Die is van toepassing op gezondheidszorgbeoefenaars in het kader van het verstrekken van gezondheidszorg. Ook als apotheker dient u daarmee rekening te houden. Een groot aantal bepalingen van deze wet traden al in werking op 1 januari van dit jaar. Denk daarbij onder andere aan de bepalingen rond de garantie van diagnostische en therapeutische vrijheid voor beroepsbeoefenaars; de verplichting van continuïteit van de zorg; de communicatie van beoefenaars met het publiek; en dies meer. Daarnaast zijn er ook een aantal bepalingen in de nieuwe wet die op 1 juli eerstkomende in werking treden. Waarover gaat het? Een eerste groep regels die volgende maand in werking treden, houdt verband met het zogenaamde register van de praktijken. Meer bepaald moeten volgens de wet gezondheidszorgbeoefenaars aan het Directoraat-generaal Gezondheidszorg van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu een aantal gegevens meedelen. De wet geeft ook aan over welke gegevens het gaat. Concreet: een algemene omschrijving van de gezondheidszorg die zij verstrekken, of zij gezondheidszorg al dan niet verstrekken in het kader van een samenwerking met andere gezondheidszorgbeoefenaars en de locatie waar de gezondheidszorg wordt verstrekt. Indien er een wijziging is in deze gegevens moet die dadelijk meegedeeld worden. Deze regels zijn niet zonder meer van toepassing indien het Directoraat-generaal Gezondheidszorg door een andere bron over deze gegevens beschikt. De gegevens in kwestie worden na gebeurlijke verificatie opgenomen in een register van praktijken. De gezondheidszorgbeoefenaar ontvangt een notificatie van de hem betreffende gegevens die in het register van praktijken zijn opgenomen. Het publiek heeft toegang tot de in het register van praktijken opgenomen gegevens. Niettemin kan een gezondheidszorgbeoefenaar die de gezondheidszorg waarvoor hij geregistreerd is niet meer substantieel uitoefent, vragen om het publiek geen toegang meer te verlenen tot zijn registratie. De wet geeft verder aan dat apothekers, net als andere gezondheidsbeoefenaars, moeten deelnemen aan de permanentie die voor hun beroep georganiseerd wordt. Op deze verplichting tot deelname geldt wel een uitzondering. Meer bepaald kan een vrijstelling van de deelname aan de permanentie bekomen worden op basis van uw gezondheidstoestand, leeftijd, gezinssituatie of de feitelijke uitoefening van het gezondheidszorgberoep. Deze vrijstelling wordt toegestaan door de bevoegde deontologische raad. Tegenover de verplichting tot deelname bevat de wet ook een verbod van uitsluiting. Meer bepaald stelt de wet expliciet dat geen enkele gezondheidszorgbeoefenaar die aan de vereiste voorwaarden beantwoordt van de permanentie mag worden uitgesloten. Een derde reeks bepalingen van de wet die op 1 juli eerstkomende in werking treedt, heeft betrekking op de toegang tot gezondheidsgegevens. De wet geeft aan dat de gezondheidszorgbeoefenaar toegang heeft tot persoonsgegevens betreffende de gezondheid van de patiënt die worden bijgehouden en bewaard door andere gezondheidszorgbeoefenaars op voorwaarde dat de patiënt voorafgaand zijn geïnformeerde toestemming tot deze toegang gaf. De gezondheidszorgbeoefenaar heeft wel enkel toegang tot de persoonsgegevens betreffende de gezondheid van een patiënt met wie hij een therapeutische relatie heeft. Daaronder wordt verstaan een relatie tussen een patiënt en een gezondheidszorgbeoefenaar in het kader waarvan gezondheidszorg wordt verstrekt. Voor deze toegang tot de persoonsgegevens betreffende de gezondheid van de patiënt worden voorwaarden gesteld. Meer bepaald moet de finaliteit van de toegang bestaan uit het verstrekken van gezondheidszorg en moet de toegang noodzakelijk zijn voor de continuïteit en kwaliteit van het verstrekken van gezondheidszorg. Verder moet de toegang zich beperken tot de gegevens die dienstig en pertinent zijn in het kader van het verstrekken van gezondheidszorg. Er wordt ook een Federale Commissie voor toezicht op de praktijkvoering in de gezondheidszorg opgericht. Die houdt toezicht op de fysieke en psychische geschiktheid van de gezondheidszorgbeoefenaars alsook op de naleving door de gezondheidszorgbeoefenaars van de bepalingen van de kwaliteitswet en de uitvoeringsbesluiten ervan. Met het oog op dat toezicht hebben de inspecteurs toegang tot de lokalen waar de gezondheidszorgbeoefenaars gezondheidszorg verstrekken. Zij kunnen zich alle inlichtingen die noodzakelijk zijn voor het toezicht, laten verstrekken en zich alle bescheiden of elektronische dragers laten overhandigen die zij voor de uitoefening van hun controleopdracht behoeven.