...

De menopauze is dezer dagen een veelbesproken onderwerp, een hot topic. "We zien een groeiende interesse op sociale media, waar tal van beroemde persoonlijkheden (zoals Naomi Watts) over hun ervaringen praten. Zo verdwijnt het taboe rond de menopauze. Sommige patiënten hebben helemaal geen symptomen en beleven deze overgang op een positieve manier, maar toch blijft het een complexe periode in het leven van een vrouw", zo stelt dr. Anne Firquet, van het menopauzecentrum van het Hôpital de la Citadelle (ULiège). Tijdens een consensusvergadering die het Riziv op 30 mei van dit jaar organiseerde, kwam ze haar visie geven over schema's voor farmacologische behandeling van de menopauze. De farmacologische behandeling van de menopauze omvat de louter systemische oestrogeentherapie, de gecombineerde oestrogeen-progestageentherapie (sequentieel of continu), tibolon, androgenen (testosteron, DHEA, ...), TSEC (Tissue-Selective Estrogen Complex), fezolinetant en fytotherapie. "De keuze hangt af van de wensen van de patiënt", verduidelijkt ze. "Bij combinaties van oestrogenen en progestagenen kan het gebruik van een therapeutisch venster in een sequentieel schema bloedingen uitlokken. Toen ik twintig jaar geleden begon met het behandelen van de menopauze, wilden patiënten soms hun maandelijkse bloeding behouden, misschien met het idee om jong te blijven. Vandaag horen we dat soort verzoeken niet meer zo vaak, omdat we de schema's voor hormoontherapie op een meer continue manier aanbieden. Toch toonden sommige onderzoeken aan dat sequentiële behandelingen gunstig kunnen zijn voor het verminderen van het risico op borstkanker." Voor patiënten die kampen met veel vermoeidheid of een gebrek aan libido kan tibolon volgens de gynaecologe een optie zijn: "Sommige studies toonden wel aan dat het gebruik van tibolon een eerder negatief cardiovasculair risico heeft. Daarom moet men tijdens de anamnese bij de eerste menopauzeconsultatie informeren naar de familiale tromboserisico's." "We praten veel over vrouwelijke hormonen, maar ook androgenen hebben hun plaats in de behandeling: testosteron in gelvorm kan patiënten helpen om hun libido terug te krijgen, en wie een beetje DHEA neemt kan zich wat minder vermoeid voelen." De combinatie van oestrogenen en bazedoxifeen is aangewezen voor patiënten die moeilijk de progestagenen in de combinaties voor menopauzale hormoontherapie (MHT) kunnen verdragen. Fezolinetant, een antagonist van de neurokinine 3-receptor (NK3R), speelt een cruciale rol bij het reguleren van temperatuur en gemoedsstemming. Het BCFI merkt wel op dat het veiligheidsprofiel ervan (op lange termijn) nog onduidelijk is. Tenslotte is er de fytotherapie, voor patiënten die geen hormonale behandeling kunnen of willen ondergaan. "We moeten openstaan voor hun noden en hen de beste oplossing bieden om hun symptomen te verlichten", vindt ze. "Het is aan ons om de patiënte uit te leggen welke klachten en symptomen door MHT of een alternatief daarvan zullen verbeteren", benadrukt dr. Firquet. "De eerste symptomen zijn vasomotorisch en kunnen tot zeven jaar aanhouden. Dat biedt ons de kans om de patiënte te informeren dat de gewrichtspijn die ze gaat ervaren deel uitmaakt van de veranderingen die plaatsgrijpen tijdens de menopauze. Oestrogeenreceptoren zitten overal, ook in de gewrichten. Deze klachten mogen we niet over het hoofd zien en zijn soms een indicatie om met MHT te starten. In een tweede stadium treedt er huid- en urogenitale droogheid op, als het oestrogeentekort wat meer uitgesproken is." Bij vrouwen jonger dan 60 jaar, waarbij de menopauze minder dan tien jaar geleden is ingetreden en die geen contra-indicaties hebben, is de risico-batenverhouding gunstig voor de introductie van MHT wanneer ze kampen met ernstige opvliegers, of om botverlies of osteoporose te voorkomen. De zogenaamde 'brain fog', die gekenmerkt wordt door concentratieproblemen, cognitieve problemen en slaapstoornissen, is ook één van de symptomen die door de Belgische Vereniging voor Menopauze worden vernoemd. "Securex vestigde de aandacht erop: absenteïsme en burn-out komen vaker voor bij vrouwen tussen 45 en 55 jaar. We denken dat deze symptomen kunnen verbeteren met supplementen of door een luisterend oor te bieden, door deze vrouwen uit te leggen dat ze niet lijden aan een depressie of burn-out en dat ze geen antidepressiva of anxiolytica hoeven te nemen. Ze moeten begrijpen dat het niet 'in hun hoofd zit', maar dat het een louter fysiologisch gebeuren betreft", benadrukt ze. Als de patiënt de pil niet neemt, dan gebeurt de diagnose van menopauze op basis van een amenorroe van meer dan een jaar. "Er is een belangrijke leeftijd, 50-51, waarop patiënten niet langer de anticonceptiepil behoeven", adviseert de gynaecoloog. "We moeten hen uitleggen dat de hormoonbehandeling voor de menopauzetransitie niet dezelfde hormonen gebruikt, zoals ethinylestradiol en een progestageen bij anticonceptiepillen om de HPA-as en de eierstokken te blokkeren, maar dat dit al wel hun climacterische klachten zal verlichten." "Toen ik begon als assistente gynaecologie, werd ons verteld dat we tijdens die eerste jaren van de menopauze de patiënten vijf jaar met hormoontherapie moesten begeleiden. Later realiseerden we ons dat als ze goed opgevolgd werden, we dit langer konden aanhouden. Maar als de patiënten dan later stopten met MHT, rond de pensioenleeftijd van 65, waren ze daar niet blij mee omdat ze zich minder fit voelden. Ondertussen bevelen we een geïndividualiseerd traject aan, met advies over levensstijl waaronder dieetmaatregelen en lichaamsbeweging. Er is geen specifieke leeftijd meer om te stoppen met substitutietherapie, we raden een jaarlijkse of tweejaarlijkse herevaluatie aan: de cumulatieve doses moeten zorgvuldig bekeken worden, rekening houdend met de borstdensiteit en het resultaat van de mammografie en patiënten moeten worden geïnformeerd over de risico-batenbalans", besluit Anne Firquet.