...

Dat zegt apotheker Thomas De Rijdt (foto), diensthoofd ziekenhuisapotheek UZ Leuven en ondervoorzitter van de Belgische Vereniging van Ziekenhuisapothekers (BVZA). Hij benadrukt dat de basisopdracht van een (ziekenhuis)apotheker in deze gezondheidscrisis uiteraard niet anders is dan in normale omstandigheden. "Wel verschillen de randvoorwaarden fundamenteel. We zijn in 'oorlogsmodus' en dat wijzigt ook de invulling van onze rol." Snelle veranderingen en aanpassingen in functie van de fase waarin de pandemie zich bevindt zijn daarvan typische kenmerken. Binnen Europa verschillen de problemen en oplossingen nagenoeg niet. Drie golven tekenen zich af. "Bij aanvang van de pandemie werd het ziekenhuis in recordtempo omgebouwd om Covid-19-opvangcapaciteit te creëren, zowel op intensieve als op niet-intensieve diensten. Dat impliceert onder meer het annuleren van niet-noodzakelijke raadplegingen en opnames, de aankoop van specifieke medicatie en de uitbreiding van het medisch gasnetwerk. Dat laatste kan zuurstoftekorten voorkomen, een probleem waarmee sommige kleinere ziekenhuizen en vooral de WZC's nu te maken krijgen." UZ Leuven bouwde liefst twaalf eenheden om. Daarnaast kwamen er 'step down units' met medium care voor herstellende patiënten. De tweede golf focust op de zoektocht naar geschikte medicatie - vooral spierverslappers, sedativa en opiaten. "Verschillende problemen duiken op. Ten eerste is de toevoer van medicatie ontoereikend, onder meer omdat het verbruik hoger is dan normaal. Ten tweede is het een pandemie, de hele wereld zoekt dus dezelfde medicijnen. Enkele weken geleden sloten bepaalde landen zelfs hun grenzen. Het is dus een hele uitdaging om de beschikbare medicatie juist te verdelen over België." De Rijdt: "Hoe gaan we daarmee om? België heeft een nationale beroepsvereniging waarvan alle ziekenhuisapothekers lid zijn. We houden nauw contact met de overheid, de Europese vereniging (EAHP) en de eerste lijn (APB en Ophaco). Via onze mailinglijst en website kunnen we alle 1.200 Belgische ziekenhuisapothekers binnen de vijf minuten bereiken en kunnen we informatie uitwisselen." Zo toetst men twee keer per week af wie wat in stock heeft. "Dat stemmen we af met het FAGG, waarmee we trouwens ook dagelijks over geneesmiddelen en medische hulpmiddelen overleggen. Op basis van het FAGG-model en de cijfers van de ziekenhuisapothekers weten we snel wat we moeten doen. De communicatie verloopt heel open en vlot." Apotheker De Rijdt prijst het FAGG. Ze doen fantastisch werk, 24/7 zoeken ze wereldwijd de juiste producten. Desondanks is niet alles altijd voorradig en dus moet soms geswitcht worden van merk A naar B of C. "Wat ook gebeurt, is dat we van het ene opiaat of sedatief naar een ander moeten overschakelen. Dat is uiteraard niet ideaal voor de zorgoptimalisatie. Maar nu moeten we kort op de bal spelen. Fentanyl is vooral beschikbaar in 2 ml. Dat impliceert dat we op IZ per patiënt 50 ampullen per dag moeten geven. Dat is niet wenselijk, maar de patiënt heeft wel zijn therapie." Daarnaast is er de snelle evolutie in de geneesmiddelenbevoorrading. "Vorige week (de week van 30 maart nvgv) waren spierverslappers erg schaars, deze week (de week van 6 april) zijn het opiaten. Morfine is er voldoende, maar dan moeten patiënten langer op IZ aan de beademing blijven", aldus De Rijdt. Ziekenhuisapothekers bieden ook oplossingen via magistrale bereidingen, de derde golf. "Sinds het begin van de crisis verdubbelde of verdrievoudigde het verbruik van handalcohol. De producenten konden niet volgen. Dat probleem is nu opgelost. Stokerijen sprongen in en de (ziekenhuis)apothekers kregen alcohol om zelf te verwerken. We zorgden voor vaten van 1.000 liter, die ziekenhuisapothekers zelf kunnen afvullen; het belangrijkste probleem is echter het tekort aan lege flesjes." Daarnaast moesten voor producten die apothekers doorgaans niet zelf bereiden, snel veilige bereidingsprotocollen opgesteld worden. Maar al bij al is apotheker De Rijdt niet ontevreden. "Vaak was het kantje boord, maar het noodplan hadden we gelukkig nog niet nodig. Hopelijk daalt de curve nu. Al valt mogelijk een tweede piek te verwachten in mei/juni of eventueel in oktober. Vooral nazorg wordt belangrijk. We hebben in hoog tempo opgebouwd, terugkeren naar gewone reguliere zorg duurt minstens nog tot het einde van het jaar.".