...

Tal van factoren beïnvloeden de immuniteit. Het is eigenlijk niet gemakkelijk na te gaan of ons immuunsysteem optimaal werkt. Er zijn echter wel enkele tekenen die erop zouden kunnen wijzen dat het immuunsysteem niet goed werkt, zoals chronische vermoeidheid en herhaalde infecties. Dat kan tal van oorzaken hebben: de leeftijd, een sedentair leven, stress, roken, veel alcohol drinken, slaaptekort... en een slechte voeding. Om het immuunsysteem te versterken, moeten we het lichaam alle elementen geven die het nodig heeft om zijn afweermechanismen te activeren. Die vitamines spelen mee in meerdere stappen van de immuunrespons: activering en vermenigvuldiging van lymfocyten, differentiatie van de T-helpercellen, migratie van specifieke lymfocyten, productie van antistoffen en regeling van de immuunrespons. De optimale plasmaconcentratie van vitamine D3 (cholecalciferol) is 60-70 ng/ml. Vitamine D-tekort wordt gedefinieerd als een plasmaconcentratie lager dan 20-30 ng/ml. In een studie had 80% van de Fransen een concentratie lager dan 30 ng/ml. We meten vooral te lage vitamine D- spiegels op het einde van de winter, als er veel minder zon is. De huid maakt immers vitamine D aan onder invloed van zonlicht. Vitamine D3 coördineert een hele rist metabole reacties die te maken hebben met het immuunsysteem, heeft een immunomodulerend effect en regelt de expressie van genen in witte bloedcellen (remmend of inducerend effect). Het zou bovendien kunnen dat vitamine D beschermt tegen infectie en de incidentie en de schadelijke effecten van acute luchtweginfecties verlaagt. Om dat te bevestigen, zijn echter nog specifieke studies ad hoc nodig. Dagelijkse inname van 1200-1500 IE zou effectiever zijn dan intermitterende inname van hogere doses. Om de resorptie ervan te verbeteren, moet men vitamine D innemen tijdens een vetrijke maaltijd. Vitamine D is immers vetoplosbaar. Er zijn voedingsmiddelen die vitamine D bevatten, maar de inname van vitamine D via de voeding dekt maar 10% van de behoefte. De belangrijkste bronnen van vitamine D zijn vette vis, oesters, boter en eidooier. Vitamine A is noodzakelijk voor het vitamine D-metabolisme en speelt ook mee bij de immuniteit. Voedingsmiddelen die vitamine A bevatten, zijn levertraan, lever, eieren en boter. Bètacaroteen, een precursor van vitamine A, zit in bepaalde groenten en fruit zoals tomaten en wortelen. Een te hoge hoeveelheid vitamine A is toxisch. Daarom is het beter vitamine A in te nemen in de vorm van bètacaroteen. Vitamine A in hoge hoeveelheid is ook teratogeen en wordt daarom niet aanbevolen bij zwangere vrouwen. Een gevarieerde, evenwichtige voeding bevat voldoende vitamine A, maar helaas bevat de voeding van een groot aantal Belgen niet genoeg vitamine A. Dat is vooral het geval bij adolescenten, zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven. Voorzichtigheid blijft echter geboden, want zoals al gezegd, zijn te hoge hoeveelheden vitamine A toxisch. Vandaar andermaal het belang van een goede voeding. Vitamine C is belangrijk voor het immuunsysteem. Die vitamine speelt mee bij de vermenigvuldiging en de beweeglijkheid van de witte bloedcellen, activering van de lymfocyten, de synthese van interferon en antilichamen, helpt bij het elimineren van neutrofiele cellen die niet meer worden gebruikt, en heeft ook een directe antivirale werking. De concentratie van vitamine C daalt zeer sterk 24 uur na het begin van een infectie. Daarom wordt inname van 1-2 g vitamine C per dag aanbevolen. Preventief verdient het aanbeveling 500 mg vitamine C in te nemen op het einde van de maaltijd. Vitamine C mag niet worden gecombineerd met ijzer of koper (die vitamine C vernietigen). IJzerpreparaten bevatten vaak vitamine C. Vitamine C verbetert immers de biologische beschikbaarheid van ijzer. Vitamine C zit in citrusvruchten, peterselie, kiwi, fruit en tal van groenten. Zink speelt een belangrijke rol tijdens de verschillende fasen van de eiwitsynthese. Zink is noodzakelijk voor de replicatie en de transcriptie van genen in eiwitten voor alle cellen, ook de witte bloedcellen. Zink activeert de T-lymfocyten, die een belangrijke rol spelen (ze herkennen en bestrijden vreemde lichamen, pathogene kiemen en met een virus geïnfecteerde cellen). Zink remt de vermenigvuldiging van virussen in het lichaam. Er is een bewezen verband tussen de hoeveelheid zink in de voeding en de werking van het immuunsysteem. Meerdere studies hebben het nut van zinksupplementen onderzocht bij allerhande virale infecties. In een in-vitrostudie werd aangetoond dat zink de replicatie van RNA-virussen zoals het griepvirus en bepaalde coronavirussen remt. Oesters, vlees en vis bevatten tamelijk wat zink. Je moet dus bedacht zijn op zinktekort bij veganisten, ook al omdat het zink dat in planten zit, minder goed wordt geabsorbeerd door de aanwezigheid van fytaten. Zinksupplementen in een dosering van 10 mg/d worden aanbevolen. Dat is dus 100% van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid, maar zink wordt niet opgeslagen. Selenium is een oligo-element dat essentieel is voor de gezondheid. Selenium zit in tal van eiwitten (selenoproteïnen), die op verschillende niveaus meespelen. Selenium is belangrijk voor de voortplanting, het immuunsysteem en de DNA-synthese en heeft antioxidatieve eigenschappen. Bij seleniumtekort verzwakt de immuniteit. De werking van selenium wordt nog verder onderzocht, maar het is toch al bewezen dat geschikte concentraties van selenium belangrijk zijn voor een goede werking van het immuunsysteem. Onvoldoende inname van selenium en een daling van de hoeveelheid selenoproteïnen leiden tot een stijging van inflammatoire cytokines in tal van weefsels. Omgekeerd is aangetoond dat een hoge hoeveelheid selenium heilzame effecten heeft bij bepaalde virusziektes. De antioxidatieve eigenschappen van bepaalde selenoproteïnen zouden de antivirale immuniteit versterken. Selenium wordt teruggevonden in oliehoudende zaden, vis, eidooier, vlees, graangewassen en biergist. Paranoten bevatten bijzonder veel selenium. De concentratie hangt echter af van de hoeveelheid selenium in de grond en die is bij ons helaas zeer arm. De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid is 70 µg.