...

FarmaFlux werd als een overkoepelende vzw opgericht op initiatief van VAN, AUP, APB en OPHACO om gegevensuitwisseling van en naar de apotheken op een veilige en uniforme manier te beheren. FarmaFlux en de dienst Flux van APB zijn eigenlijk dezelfde personen, legt Manon Buyl uit. "We ontwikkelen technologieën om gegevensstromen binnen die apotheek makkelijker te laten verlopen. Denk aan het gedeeld farmaceutisch dossier, de dienst AssurPharma om BVAC-attesten naar private verzekeraars door te sturen en het archief van elektronische voorschriften. We zijn een klein team met aan het hoofd een ingenieur, ikzelf als apotheker en techniekers die diensten ontwikkelen en onderhouden." Het voordeel van werken met een klein team is dat je snel kan werken. Dat was tijdens de coronapandemie nodig, vertelt Manon Buyl. "Ik zat als expert digitaliseren in de twee Task Forces Vaccinatie en Testing. Zo hebben we de kans gekregen om apothekers tijdens de pandemie te ondersteunen. Tijdens die coronapandemie waren wij immers een van de weinige zorgverstrekkers die open gebleven zijn. Er circuleerde toen veel fake news over het virus en de vaccins, en apothekers waren het best geplaatst om correcte informatie te geven en mensen te sensibiliseren om zich te laten vaccineren." FarmaFlux ontwikkelde een e-Form, een gestandaardiseerd elektronisch formulier dat externe softwarehuizen konden integreren in hun apotheeksoftware. Wanneer een patiënt in de apotheek kwam, werd er in de centrale Vaccination Code Database gecontroleerd of de patiënt al een uitnodiging had ontvangen of al gevaccineerd was. "Als dat niet het geval was, kreeg de apotheker een pop-up te zien, wat een aanleiding kon zijn om een gesprek met die patiënt aan te gaan", zegt Manon Buyl. De eerste versie van de e-Form was rudimentair, maar ze werd na feedback van apothekers aangepast en uitgebreid met onder meer mogelijkheden om een afspraak voor vaccinatie in te boeken. Later volgde een tweede e-Form voor de registratie van sneltesten - initieel alleen voor de reizigers naar het buitenland en voor de festivalgangers. Ook daar definieerde FarmaFlux welke gegevens ingevuld moest worden en maakte het een uniforme opmaak, zodat de externe softwarehuizen die snel konden integreren. Tussen het eerste idee en de implementatie van de e-Form vaccinatie verliepen amper drie maanden, terwijl een normaal project bij FarmaFlux zes tot twaalf maanden duurt, vertelt Manon Buyl. "Kinderziekten zijn dan onvermijdelijk. We beheren zelf het systeem waarop de gegevensuitwisseling draait, en in het begin waren er wel wat capaciteitsproblemen. Maar die hebben we snel aangepakt, en ik denk dat de apothekers daar weinig van gemerkt hebben. We hadden ook een goede samenwerking met de softwarehuizen, die het eerste aanspreekpunt waren. De feedback die we vanop het terrein kregen was positief: apothekers waren blij dat dat ze hun steentje bij konden dragen, en dat ze toegang kregen tot gegevens die anders voor hen gesloten waren. Alles wat met vaccinatie te maken heeft, was tot dan vooral gericht naar de artsen. Met de e-Form hebben we dat kunnen openwrikken. Zoals Winston Churchill zei, never waste a good crisis", lacht Manon Buyl. De e-Form was een enorm succes: in de eerste zes maanden werden 4,9 miljoen pop-ups getoond. "Die cijfers zijn ook de overheid niet ontgaan. De 4.700 apotheken in België bereiken elke dag 500.000 patiënten. Voordien registreerden we wel voorschriften en afleveringen, maar nu konden we ook farmaceutische zorg registreren. Meten is weten, en dat heeft de meerwaarde van de apotheker zichtbaar gemaakt. Dat apothekers in België vandaag mogen vaccineren, is daar een direct gevolg van", zegt Manon Buyl. FarmaFlux gaat verder op dit elan. Zo is er een formulier voor griepsensibilisering dat nakijkt of patiënten in aanmerking komen voor een griepvaccin. De vaccinaties in apotheken worden ook op een uniforme manier geregistreerd en doorgestuurd naar de Vaccinatie Code Database. Er staan nog projecten in de steigers rond benzo-begeleiding en rond medication review. "We willen niet alleen kwantitatieve data capteren, maar ook kwalitatieve data over de zorg die we bieden. We willen die gegevens eventueel later ook delen met de patiënt, en extra diensten ontwikkelen waar de patiënt iets aan heeft. Dat is de ultieme droom die wij hebben", besluit Manon Buyl.