...

Tijdens de Nationale Veiligheidsraad van 24 april kondigde premier Wilmès aan dat het dragen van mondmaskers een belangrijke rol zou spelen bij de versoepeling van de coronamaatregelen vanaf 4 mei. Het dragen van een mondmasker beschermt niet tegen infectie, maar door mond en neus te bedekken wordt wel het risico verminderd dat een besmet persoon door uitademen of niezen het virus verspreidt. Het dragen van een mondmasker werd daarom verplicht voor reizigers op het openbaar vervoer. Wie alleen of met inwonende familieleden in de auto zit, hoeft geen masker te dragen. Maar als er iemand van buiten de eigen 'bubbel' meerijdt, is het wel zinvol dat bestuurder en passagier(s) een masker dragen. Voor professionele bestuurders die cliënten vervoeren, zoals taxichauffeurs, wordt het dragen van mond- en neusbedekking sterk aanbevolen. Wie tijdens het autorijden een masker draagt, dient er wel zorg voor te dragen dat dat niet ten koste gaat van de verkeersveiligheid. Zo mag een masker het zicht niet belemmeren. Vooral brildragers moeten oppassen omdat, afhankelijk van de aard van het masker, de bril kan aandampen. Doordat een mondmasker niet altijd comfortabel zit, kan de neiging ook groter zijn om een hand van het stuur te halen om het masker aan te passen. Daardoor kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan. Bepaalde maskers maken het ademhalen ook lastiger. Bij lange ritten kan daardoor een zuurstoftekort of een te hoog koolzuurgehalte in het bloed ontstaan. Wie door het masker moeite heeft met ademhalen, dient daarom vaker een pauze nemen. Veel chauffeurs hangen hun ongebruikte maskers aan de achteruitkijkspiegel in de auto. In die positie kunnen ze het zicht op de rijbaan en op de spiegels belemmeren. Maskers worden beter opgeborgen in afsluitbare plasticzakken in het handschoenenkastje of de middenconsole. Een masker mag nooit al rijdend op- of afgezet worden. Parkeer daarvoor op een veilige plek.