Oogklachten die de apotheker vaak hoort, zijn droge ogen, conjunctivitis en blefaritis. Het drogeogensyndroom neemt sterk toe, onder meer door het dragen van een mondkapje.
...
"Er zijn allerhande aandoeningen die maar weinig symptomen veroorzaken. Voor niet-oogartsen is het dan ook niet gemakkelijk uit te maken of het gezichtsvermogen bedreigd is. Nochtans zijn het vaak niet-oogartsen die patiënten het eerst raadplegen. Vaak moeten zij dus de oftalmologische urgentie herkennen en duiden", zegt oogarts Jean-Louis Bourges (1).Vaak gaan mensen met oogklachten naar hun apotheker. Eerste reflex: ga na of er tekenen van ernst zijn en verwijs patiënten met bijvoorbeeld pijn, fotofobie en een verminderd gezichtsvermogen door. "Patiënten met een indruk van lichtflitsen of een donkere schemering (netvliesloslating), patiënten die het gevoel hebben dat er iets in hun oog zit, en patiënten die een trauma hebben doorgemaakt, moeten snel door een arts worden gezien. Dat is ook zo in geval van weerkerende of persisterende symptomen." (2) Bovendien is voorzichtigheid geboden bij diabetespatiënten en patiënten met een inflammatoir reuma of een neurologische aandoening en patiënten die contactlenzen dragen. Bij chronische patiënten is bijzondere aandacht vereist en moet altijd worden gedacht aan de mogelijkheid van bijwerkingen van hun geneesmiddel op de ogen (zie verder). "Als patiënten het advies vragen van hun apotheker, is dat meestal wegens rode ogen en nagenoeg nooit wegens minder goed zien. Twee derde tot driekwart van de klachten waarmee patiënten bij de apotheker te rade gaan, kunnen gemakkelijk worden behandeld. (...) Zelf zullen de patiënten meestal hun ogen spoelen, de apotheker geeft de voorkeur aan een antisepticum. De apotheker levert blijkbaar voorzichtigheidshalve geen pijnstillers af, maar vaak nemen de patiënten pijnstillers op eigen houtje in. Als het oog echter zoveel pijn doet dat pijnstilling wenselijk is, is een medisch advies vereist", vindt dr. Bourges. Volgens een Franse rondvraag geven apothekers gemiddeld zeven keer per week adviezen met betrekking tot de ogen (3). Het drogeogensyndroom (gevoel van zand in de ogen, visuele hinder, prikkelingen, brandend gevoel in de ogen, tranen, lenzen moeilijk kunnen verdragen, ...) komt alsmaar vaker voor, stelt apothekeres Laurence Sergheraert vast. "Droge ogen zijn een van de frequentste problemen in de oftalmologie, en dat probleem is nog sterk toegenomen door het dragen van een mondkapje tijdens de coronapandemie." (4). Droge ogen zijn goed voor ongeveer een kwart van de redenen voor consultatie bij een oogarts en worden zeer vaak door de apotheker behandeld. "De prevalentie van droge ogen bij volwassenen van 50 tot 95 jaar bedraagt 15% en is hoger bij vrouwen (vooral na de menopauze), ouderen en rokers." "Ook de visuele omgeving speelt een rol. Door het massale gebruik van computerschermen en smartphones zouden de frequentie en het bewegingsbereik van oogknipperen met 30 à 50% dalen. Herhaalde microtraumata verhogen het risico op droge ogen, vooral bij jongeren. Naar verwachting zal de prevalentie van het drogeogensyndroom de komende 40 jaar alsmaar stijgen. De klachten zijn overigens seizoensgebonden en nemen toe bij hoge temperaturen, als de lucht droog is en tijdens het pollenseizoen." Bij mensen met een drogeogensyndroom moet worden gezocht naar een onderliggende ziekte, een medicamenteuze oorzaak of oorzaak in de omgeving, legt het BCFI uit. "Bij lichte tot matig ernstige klachten is een symptomatische behandeling geïndiceerd bestaande in het aanbrengen van kunsttranen en vermijden van verergerende factoren. Het type kunsttranen wordt vaak empirisch gekozen. Er bestaan immers geen goede studies die de werkzaamheid van verschillende kunsttranen onderling of met een placebo hebben vergeleken. Ook moet rekening worden gehouden met de vaak hoge prijs van de verschillende producten en de handigheid van de patiënt. Het nut van voedingssupplementen met vetzuren is niet duidelijk. Het is belangrijk de patiënt door te verwijzen als de behandeling niet werkt, in geval van ernstige symptomen, een rood oog of tekenen van beschadiging van het hoornvlies." (5) De werkzaamheid zou niet verschillen volgens de viscositeit van de druppels, maar die kan toch meespelen. "Bij lichte tot matige symptomen raadt het National Institute for Care Excellence (NICE) aan te beginnen met weinig viskeuze preparaten (bijv. op basis van hypromellose). Als die niet werken of te vaak moeten worden toegediend, kan worden overgeschakeld op viskeuzere producten (bv. gel op basis van carbomeren) of producten die vetten bevatten. Zalf is enkel geïndiceerd bij ernstige symptomen." "Als de oogdruppels meer dan vier keer per dag moeten worden aangebracht of bij gebruik van andere druppels die een bewaarmiddel bevatten, bij verergering van de symptomen met een product dat een bewaarmiddel bevat, en bij het dragen van soepele contactlenzen, wordt aangeraden preparaten zonder bewaarmiddel te gebruiken." Het BCFI raadt toediening van ontstekingsremmende druppels (NSAID's of corticosteroïden) zonder advies van een oogarts af.