...

Arthur Sackler wordt in 1913 geboren uit een immigrant, een kruidenier in Brooklyn, NY. Hij studeert geneeskunde, wordt psychiater en bekostigt zijn studies als getalenteerd medisch copywriter en publicist. Dat verdient goed en met die inkomsten financiert hij de medische studies van zijn twee jongere broers, Mortimer en Raymond. De drie artsen kennen de machteloosheid van een arts met een beperkt medicijnenarsenaal maar al te goed en willen daar wat aan doen. Ze kunnen het niet aanzien dat mensen lijden. Dat is het nobele begin van het meeslepende Het pijnstillerimperium van New Yorker journalist en jurist Patrick Radden Keefe. De Sacklers zetten samen een klein farmaceutisch bedrijf op, Purdue Pharma. Dat maakt generieke geneesmiddelen zoals laxativa en oorsmeerverwijderaars. Een van de succesproducten is Betadine, het bruine ontsmettingsmiddel waarmee de eerste maanreizigers bij terugkeer werden ontsmet (tegen mogelijke maanbacteriën) - een verleidelijk marketingverhaal. Arthur richt zijn eigen medisch reclame- bureau op, met groot commercieel succes. Het zet voor grote farmabedrijven nieuwe geneesmiddelen zoals Terramycine (gepositioneerd als het eerste 'breedspectrumantibioticum'), Librium, later ook Valium op de markt. Slogans met misleidende en vaak valse claims primeren daarbij op empirische of klinische nauwgezetheid. Valium blijkt verslavend, de reclameboodschappen beweren het tegenovergestelde. Sackler bedenkt de eerste 'teasers' (ook gericht op de consument, de naam van het middel wordt niet genoemd) of coupons waarmee je gratis een eerste dosis kan krijgen. Het Sacklerimperium breidt verder uit met de oprichting van IMS, een bedrijf dat het voorschrijfgedrag van artsen in kaart brengt en waarmee reclamecampagnes kunnen mikken op de grootste voorschrijvers en de meeste lucratieve marktniches. Het geld stroomt binnen, niet het minst omdat de Sacklers werken op provisiebasis. Hoe meer geneesmiddelen er verkocht worden, hoe meer ze zelf verdienen. Keefe portretteert de Sacklers niet als geboren boeven. Hij laat zien hoe hun goede bedoelingen langzaam maar zeker ontaarden in perverse gedragingen. De Sacklers worden rijker en rijker. Met Arthur op kop pakken ze groots uit als filantropen en weldoeners. De namen van de drie broers prijken op de muren van musea als Louvre, Tate, Metropolitan en Guggenheim, en op gebouwen en onderzoekscentra van Harvard, Yale en Oxford, terwijl de familienaam nooit in verband wordt gebracht met hun commerciële activiteiten. De verkoop van Valium legde de basis van hun rijkdom, maar met hun tweede kassucces zou de hemel de limiet worden. Purdue lanceert MS Contin, morfine in slow release vorm. Als jaren later dat patent afloopt bedenken ze OxyContin, een morfinederivaat twee keer krachtiger dan morfine zelf. Deze producten werden gepromoot als het middel dat pijn uit de wereld ging helpen: eindelijk een middel waarmee al die onbehandelde chronische pijnpatiënten konden geholpen worden. Morfine werd beschouwd als te sterk en verslavend en werd alleen aan terminale kankerpatiënten gegeven. Nu was er iets voor iedereen. Het middel werd door de FDA goedgekeurd zonder goed getest te zijn. De claims dat het dankzij zijn trage afgifte niet verslavend zou zijn werd klakkeloos aangenomen door een ambtenaar - die een jaar later bij Purdue in dienst trad aan een meer dan vorstelijk jaarloon. De firma werd inmiddels geleid door Richard, de zoon van Raymond, die de verkoop met massieve marketing- en verkoopmiddelen tot grote hoogten opdreef. De familie wordt schatrijk en meet zich een levensstijl aan waarin huizen als paleizen en kunst als behang doodnormaal zijn. Het zijn de uithangborden van hebzucht, trots en een monumentaal gevoel van ongenaakbaarheid. Ze hadden er toch hard voor gewerkt en zoveel pijn bestreden? De hele familie, ook de kinderen en achterkleinkinderen, inmiddels multimiljardairs, vervreemden steeds verder van de echte wereld. Daar speelt zich inmiddels een drama zonder weerga af. Verslaving aan opiaten neemt endemische proporties aan. In de loop van de afgelopen 20 jaar sterven 450.000 Amerikanen (meer dan aan verkeersongevallen en wapengeweld samen) aan de gevolgen van verslaving en overdosis van middelen waarvan OxyContin de voortrekker en de Sacklers de gangmakers waren. Een leger van topadvocaten, lobbyisten, politici en consultants houdt de familie uit de wind als steeds meer aanklachten (duizenden rechtszaken) de kop opsteken. De Sacklers versluizen 14 miljard dollar uit het bedrijf dat ze failliet laten gaan. Tot op de dag van vandaag tonen zij geen enkel inzicht, berouw of boetedoening. Ze maken zichzelf wijs dat ze goed en ethisch gehandeld hebben. Het pijnstillerimperium is een gruwelijk, fascinerend en meeslepend verhaal over de donkerste kant van winstbejag, dat innovatief, gewetenloos en opportunistisch de ethiek aan zijn laars lapt. Keefe beheerst zijn materiaal tot in de kleinste details en weet de lezer bijna 600 pagina's aan zijn boek te kluisteren. Hij vertelt een bloedstollend en schokkend verhaal, op een ingehouden toon die de impact nog vergroot. Weinig romans kunnen tippen aan deze verbijsterende en waargebeurde familiekroniek vol intriges, leugens, goedgelovigheid, manipulatie en heel veel menselijk leed. Het is de schrijnende keerzijde van de Amerikaanse droom, waarin het meeste van wat de Sacklers doen bovendien niet eens illegaal is. Nergens verliest Keefe de nuance. Werkzame pijnstillers zijn een zegen, maar slechte wetenschap en straffeloze afwijzing van elke verantwoordelijkheid zijn een vloek.