...

Eerder brachten we al de resultaten van het luik 'mobiliteit en vrije tijd'. Vandaag staan we stil bij het professionele leven van de Belgische apotheker zoals dat naar voren komt uit de enquête 'Wie bent u, apotheker?'Een eerst vaststelling: bijna de helft van de respondenten (47,6%) is titulariseigenaar van zijn/haar apotheek, 2,3% is co-titularis. Ongeveer evenveel apothekers werkt in een zelfstandige apotheek (7,0%) als in een apotheek die tot een keten behoort (7,4%); 13% is als adjunct-apotheker werkzaam in een zelfstandige officina en 3,8% werkt voor een keten. Verder is 10,3% ziekenhuisapotheker, 1,5% apotheker in de klinische biologie (ziekenhuizen en laboratoria) en amper 0,5% industrieapotheker.Iets meer Nederlandstalige (57,1%) dan Franstalige (49%) collega's is titulariseigenaar van de apotheek en er zijn veel meer mannelijke (72,6%) dan vrouwelijke (45,3%) apothekers-eigenaar. De overige vrouwelijk apothekers zijn titularis-bediende (19,5% versus 9,1% bij de mannen), adjunct-apotheker (23,1% versus 8,6%) of ziekenhuisapotheker (12,2% versus 9,7%).Als we naar de leeftijd kijken dan is het zo dat apothekers die op 65 jaar nog werken meestal titularis-eigenaar zijn van hun apotheek (87,5% versus 12,5% adjunct-apothekers). Aan de andere kant van de leeftijdspiramide is de verdeling titularis-eigenaar, titularis-bediende, adjunct- en ziekenhuisapotheker bij apothekers jonger dan 35 jaar behoorlijk homogeen met respectievelijk 25,8%, 21,3%, 33,5% en 19,4%. Geen verrassing is dat met de leeftijd ook het aantal titularis-eigenaars en co-titularissen stijgt: 60,4% bij de 35-44 jarigen, 68% bij de 45-54 jarigen en 70,5% bij de 55-64 jarigen.De helft (49,8%) van de zelfstandige apothekers die deelnamen aan onze enquête waren 'georganiseerd' in een bedrijf (BVBA of BV, NV, coöperatieve of commanditaire vennootschap).