"Als ik de afgelopen weken in één woord zou moeten beschrijven, dan is het 'aanpassen'. Artsen, verpleegkundigen, logistiek personeel en apothekers, we moesten ons allemaal aanpassen om te overleven."
...
Aan het woord is Didier Maesen, hoofdapotheker in het CHU Sart Tilman in Luik.Hoe paste de apotheek zich aan tijdens de coronaviruscrisis?De eerste stap was het bouwen van een coviddorp, een triagegebied buiten het ziekenhuis met een unit voor korte ziekenhuisopnames en consultatieboxen. In overleg met de verantwoordelijke arts stelden we de nodige geneesmiddelen ter beschikking. Samen met de technische dienst hebben we de infrastructuur opgezet om aan de zuurstofbehoeften van patiënten te kunnen voldoen. Wat het beschermingsmateriaal betreft, werden we geconfronteerd met hetzelfde probleem als alle ziekenhuizen: we hadden een voorraad, maar de verdere bevoorrading via de verdelers werd snel onmogelijk. De strategische federale voorraad die aanwezig en beschikbaar had moeten zijn, kwam er maar niet, wat ons snel in de problemen bracht. Daarom hebben we drastisch moeten gebruikmaken van de 'slapende stocks' om niet louter af te hangen van de operationele stocks. Dat betekende dus een meer frequente verdeling. Gingen deze aanpassingen gepaard met veel stress?Ja, maar het was vooral positieve stress. Voor het geneesmiddelenluik konden we rekenen op de steun van het FAGG en de Belgische vereniging van ziekenhuisapothekers (BVZA). Twee keer per week moesten we een inventaris opmaken van de geneesmiddelen voor de verzorging van de patiënten op intensive care en doorgeven aan het FAGG en de BVZA die de inventaris aftoetsten met de bezetting van de covidbedden op intensieve zorg.De behandeling van de coronapatiënten in acute ademnood heeft de markt volledig gedestabiliseerd vanwege de grote toestroom van patiënten. De zorg vereist aanzienlijke sedatie en curarisatie, wat maakte dat de geneesmiddelenconsumptie in elk ziekenhuis explosief toenam. En omdat de crisis de omvang aannam van een pandemie werd het etg problematisch om geneesmiddelen aan te kopen op Belgisch, Europees of mondiaal niveau. Maar gelukkig was er de samenwerking tussen het FAGG en de BVZA. Dankzij de inventarisatie werden de gecontroleerde geneesmiddelen in voorraad herverdeeld onder de Belgische verdelers. Tegelijk werd ook geanticipeerd door op de internationale markt geneesmiddelen aan te schaffen om zo de tekorten te vermijden. Achteraf denk ik dat deze pandemie niet al te slecht werd beheerd in de ziekenhuizen. Het grootste probleem was het tekort aan beschermingsmateriaal. Dat euvel mag zich in de toekomst niet herhalen. Hoe ging u om met de stress van het personeel? Elke morgen was er een werkvergadering. Vanaf het prille begin was er een covid-stand-van-zaken-moment om informatie te triëren. Zo konden we paniek vermijden. En van meet af aan deden we aan social distancing, zelfs voordat de maskers gerantsoeneerd en uitsluitend nog bij zorgverstrekkers verdeeld werden. In de apotheek was er geen sprake van smetvrees of van oververmoeidheid door de constante stress. Als mensen onder druk moeten werken en je duidelijk maakt waarom dat zo is, dan begrijpen ze dat en passen ze zich snel aan.Welke lessen trekt u vandaag? Los van het feit dat de invoering van het elektronisch voorschrift werd versneld, hebben alle ziekenhuisdiensten tijdens de crisisperiode veel meer moeten samenwerken en communiceren. Dat maakte dat het systeem snel aangepast werd. Die positieve energie moeten we behouden, de doeltreffendheid was niet altijd perfect maar wel zeer behoorlijk. De snelheid van aanpassen tijdens de crisis, stelt mij gerust voor het geval er een nieuwe noodsituatie komt.