Traditiegetrouw heeft onze zusterkrant Artsenkrant een Pharma Executive Club georganiseerd. Gastspreker was dit keer minister Onkelinx. Tijdens het debat werd geen enkel taboe uit de weg gegaan. De farma wordt te vaak voor voldongen feiten geplaatst, luidt de kritiek. Onkelinx pareerde: "Mijn deur staat altijd open."
...
Dat het geneesmiddelenbeleid van Laurette Onkelinx in de sector niet steeds op applaus wordt onthaald, is geen nieuws. De farma-industrie wordt afgeschilderd als het lelijke eendje, dat vermijdbare kosten genereert. Geneesmiddelen zitten bij de publieke opinie niet in de hoogste schuif. Onkelinx ontkent niet dat de sector veel kritiek krijgt, maar raadt Big Pharma tegelijk aan om zijn imago op te poetsen. Ze wil daar zelfs bij helpen. De aanwezigen brachten een reeks hete hangijzers ter sprake, Onkelinx ging er in een gemoedelijke sfeer op in. Substitutie Op de vraag of ze eraan denkt de huidige substitutieregeling nog verder uit te breiden, antwoordden de minister en haar adviseur Anne Hendrickx resoluut van niet. Alleszins niet meer in deze legislatuur. De maatregel zit bovendien in een wet gegoten, die niet zo gemakkelijk kan worden aangepast als een besluit. Is de minister niet wat overhaast te werk gegaan met de substitutie van antimycotica en antibiotica? Onkelinx beseft wel dat die maatregel enige onrust heeft teweeggebracht. Daarom heeft ze zich tot die twee klassen beperkt. "Wat ik heb opgevangen vanuit de industrie is de vrees dat kleine bedrijven die toevallig nog een of andere stock hebben liggen, zich in de procedure komen wringen om zo de prijzen te kelderen." Daarom werden drie aanpassingen doorgevoerd: Langetermijnvisie De researchindustrie hecht veel belang aan een goed investeringsklimaat en lonkt gretig naar het buitenland. De minister herinnerde aan het bestaan van de farmataks, maar legde vooral de nadruk op het relanceplan dat ze graag wil uitwerken en dat zal focussen op (farmaceutische) innovatie. De minister kijkt dan ook uit naar de voorstellen van de sector. Maar uitgedrukt in aantal octrooien hinkt ons land wel degelijk achterop, onderstreepte ze, en dat ondanks de aanwezigheid van talrijke onderzoekers. De bal ligt dus in het kamp van de industrie. Opleiding van onderzoekers Vraag is of België wel een land van onderzoekers is. In principe wel, maar we leiden er niet genoeg op. Met name aan Franstalige kant is er een tekort, merkte een topman van GSK op. De minister beaamt dat, en wijst erop dat we helaas wel universitairen vormen van wie we op voorhand weten dat ze geen werk zullen vinden. Volgens Onkelinx heeft premier Di Rupo - die zelf scheikundige is - dit thema op de agenda van de federale regering gezet. De wetenschappelijke richtingen worden onvoldoende aangemoedigd, al vanaf het middelbaar onderwijs. De minister is overigens voorstander van universitaire leerstoelen voor farmacologie gefinancierd door de industrie, op voorwaarde dat de onafhankelijkheid wordt gegarandeerd aan de hand van een stevig lastenboek. Prijsdaling De minister is ervoor te vinden om voor bedrijven met exportmoeilijkheden op een bepaald moment uitstel toe te staan van de prijsdaling, zodat tijdelijk extra geld vrijkomt. Zwarte schaap Een van de aanwezigen wees erop dat de besparingsinspanning steeds van dezelfde kant wordt gevraagd. Terwijl een rapport van het Intermutualistisch Agentschap aantoont dat er heel wat overbodige beeldvorming gebeurt in de Belgische ziekenhuizen. De adviseur fluisterde de minister toe dat dat steeds minder het geval is: alle sectoren moeten hun steentje bijdragen. De nieuwe geneesmiddelen die worden terugbetaald, zijn steeds duurder. De sociale zekerheid investeert zo in innovatie. De groeinorm in de zorg werd in 2012 overigens strikt beperkt, maar kan later eventueel opnieuw normaal evolueren naar 3 procent.