Bent u geboren in een jaar dat het virus H3N2 de ronde deed, of eerder H1N1? Dat zou in de toekomst een van de vragen kunnen zijn bij een ananmese. Canadese onderzoekers stellen immers de hypothese van de 'antigene afdruk' voorop.

Alain Gagnon (Universiteit van Montréal) en zijn collega's analyseerden de weekbulletins van het nationaal instituut voor volksgezondheid van Québec over het griepseizoen 2018-2019. Dat leverde een unieke gelegenheid op om de effecten te bestuderen van de afdruk op de incidentie per leeftijd tijdens een seizoen waarin er een laattijdige wijziging optrad in het dominante subtype van het circulerende griepvirus A: H3N2 kwam toen in de plaats van H1N1. Meestal blijft één enkele stam dominant tijdens het hele griepseizoen.

De onderzoekers stelden vast dat personen geboren wanneer het H1N1 virus dominant was, veel minder vatbaar zijn voor griep tijdens seizoenen wanneer die stam domineert, dan tijdens seizoenen waarin H3N2 dominant is. En omgekeerd. "Mensen die geboren zijn tijdens of kort na de epidemie van 1968, veroorzaakt door H3N2, zijn beter gewapend tegen griep tijdens seizoenen wanneer die stam dominant is. Zo ging in 2017-2018 de griepincidentie bij personen geboren tussen 1968 en 1977 lichtjes achteruit", stellen de auteurs.

"Een vroegtijdige blootstelling aan één van de twee griepstammen die elk jaar circuleren, beïnvloedt onze immuniteit en verandert op een disproportionele manier de respons van het organisme op griep voor de rest van het leven. Dat kan aanzienlijke implicaties hebben voor de plannificatie van pandemieën en epidemieën, waarbij verantwoordelijken voor de volksgezondheid kunnen uitmaken wie in een welbepaald jaar het meest risico loopt, in functie van de leeftijd en het virus dat domineerde bij de geboorte", besluiten Alain Gagnon en zijn collega's, wier resultaten gepubliceerd zijn in Clinical Infectious Diseases.

Bent u geboren in een jaar dat het virus H3N2 de ronde deed, of eerder H1N1? Dat zou in de toekomst een van de vragen kunnen zijn bij een ananmese. Canadese onderzoekers stellen immers de hypothese van de 'antigene afdruk' voorop. Alain Gagnon (Universiteit van Montréal) en zijn collega's analyseerden de weekbulletins van het nationaal instituut voor volksgezondheid van Québec over het griepseizoen 2018-2019. Dat leverde een unieke gelegenheid op om de effecten te bestuderen van de afdruk op de incidentie per leeftijd tijdens een seizoen waarin er een laattijdige wijziging optrad in het dominante subtype van het circulerende griepvirus A: H3N2 kwam toen in de plaats van H1N1. Meestal blijft één enkele stam dominant tijdens het hele griepseizoen. De onderzoekers stelden vast dat personen geboren wanneer het H1N1 virus dominant was, veel minder vatbaar zijn voor griep tijdens seizoenen wanneer die stam domineert, dan tijdens seizoenen waarin H3N2 dominant is. En omgekeerd. "Mensen die geboren zijn tijdens of kort na de epidemie van 1968, veroorzaakt door H3N2, zijn beter gewapend tegen griep tijdens seizoenen wanneer die stam dominant is. Zo ging in 2017-2018 de griepincidentie bij personen geboren tussen 1968 en 1977 lichtjes achteruit", stellen de auteurs. "Een vroegtijdige blootstelling aan één van de twee griepstammen die elk jaar circuleren, beïnvloedt onze immuniteit en verandert op een disproportionele manier de respons van het organisme op griep voor de rest van het leven. Dat kan aanzienlijke implicaties hebben voor de plannificatie van pandemieën en epidemieën, waarbij verantwoordelijken voor de volksgezondheid kunnen uitmaken wie in een welbepaald jaar het meest risico loopt, in functie van de leeftijd en het virus dat domineerde bij de geboorte", besluiten Alain Gagnon en zijn collega's, wier resultaten gepubliceerd zijn in Clinical Infectious Diseases.