...

Parasitoloog professor Marc Coo-semans en professor Fons Van Gompel, internist, gespecialiseerd in importziekten en parasitaire aandoeningen bij het Instituut voor Tropische Geneeskunde (ITG) schetsen een stand van zaken van de strijd tegen het parasitair geweld. Parasieten zijn levensvormen die zich ten koste van andere organismen in stand houden en vermenigvuldigen. Parasieten kunnen zowel in hun gastheer leven (endoparasieten) als aan de buitenzijde van het lichaam (ectoparasieten). Luizen Luizen zijn permanente ecto-parasieten die uitsluitend de mens als gastheer verkiezen. Drie verschillende types komen voor: hoofd-, lichaams- en schaam- luizen. Hoofdluizen Hoofdluizen zijn het meest verspreid en leven op de menselijke hoofdhuid. Ze zijn erg gevoelig voor schommelingen van temperatuur en vochtigheid. De neten worden door de luis eerst achtergelaten op de haarschaft vlak tegen het schedeloppervlak, en zij veranderen van plaats wanneer de haren groeien (1cm per maand). Zij zijn het lastigst om uit te roeien. Je moet daarbij steeds nagaan of de neten nog leefbaar zijn en dus nog een nimf bevatten of niet. Deze luizen verspreiden zich enkel door zeer nauw contact tussen mensen. De verspreiding kan occasioneel ook gebeuren via sjaals of mutsen, maar ze overleven maximaal 48 uur buiten de menselijke hoofdhuid. Lichaamsluizen Deze luis leeft op textiel, en zoekt bij voorkeur donkere plekken op onder kragen of riemen. De luis legt daar haar neten maar kruipt af en toe naar de huid om zich te voeden. De kleding- of lichaamsluis komt voornamelijk voor in de tropen maar mogelijk circuleert de parasiet ook opnieuw bij ons in de populatie van daklozen. Een uitgebreide studie bij daklozen in Marseille signaleerde daar een opvallende incidentie van de kledingluis. Dit is het enige type luis dat ziekten zoals loopgravenkoorts en vlektyfus kan overdragen. Schaamluizen Dit type komt voor in de schaamstreek maar schaamluizen kunnen zich ook vestigen in wenkbrauwen en baarden. Ze verspreiden zich hoofdzakelijk via seksueel contact. Een screening op andere soa's wordt aanbevolen. Vlooien Alleen dierlijke vlooien circuleren in ons land nog. Deze vlooien hebben niet permanent een gastheer nodig. De ontwikkelingscyclus van een vlo kan tot 250 dagen duren. Als de temperatuur of vochtigheid zakt, gaat de larve of nimf in winterslaap. Pas bij een geschikte temperatuur herstart de cyclus. Zo kunnen vlooien perfect overwinteren in tapijten van leegstaande panden en terug tot leven komen, van zodra die huizen bewoond en verwarmd worden. Alleen het eindstadium duikt op bij gastheren zoals honden of katten. Drie puntjes bij elkaar verraden zo'n 'vlooienbeten' die fors kunnen jeuken. De vlooien blijven nooit aanwezig op het menselijk lichaam. Ook de aanwezigheid van vlooienfeces in de pels kan jeuk veroorzaken bij de mens als die in nauw contact komt met besmette (huis)dieren. Bedwantsen Deze minuscule lichtschuwe insecten voeden zich 's nachts met bloed van slapende mensen of dieren door te steken met hun rostrum. Ze spuiten nadien verdovende en antistollende stoffen in het lichaam. De laatste decennia zijn deze parasieten aan een stevige opmars bezig. In zowat alle grote Europese en Amerikaanse steden, vormen ze een gevreesde plaag voor hotels en huizen. Hun geur is bijzonder onaangenaam maar ze komen niet in aanmerking voor de transmissie van ziekten of virussen. De 'bedbugs' reizen soms mee naar huis met toeristen die ze op hotel opscharrelden.