Een van de neveneffecten van de covid-19-crisis is dat het mobiliteitsgedrag van de Belg veranderd is. Actieve vervoerswijzen zoals wandelen en fietsen zijn toegenomen, ten koste van de auto en het openbaar vervoer. Die verandering zou wel eens blijvend kunnen zijn, blijkt uit de jongste Mobiliteitsbarometer van Vias institute.
...
De Mobiliteitsbarometer van Vias institute is gebaseerd op verschillende datasets over het verplaatsingsgedrag van de Belgen, gecombineerd met enquêtes bij een representatief panel in België. In de recentste editie heeft Vias institute het verplaatsingsgedrag voor, tijdens en na de lockdown wegens covid-19 vergeleken. Het zal niet verbazen dat tijdens de lockdown zowel het aantal verplaatsingen als de gemiddelde afgelegde afstanden sterk afnam. Tegelijk was er een forse stijging van het gebruik van actieve vervoersmiddelen zoals wandelen en fietsen, ten koste van verplaatsingen met de auto en het openbaar vervoer. Opmerkelijk is dat het gebruik van deze actieve vervoersmiddelen na de lockdown niet is afgenomen. Het ligt nu bij alle leeftijdscategorieën en in alle gewesten hoger dan voor de lockdown. De stijging is het sterkst in Vlaanderen (+ 61,6%), maar ook Brussel (+54,6%) en Wallonië (+45,3%) tonen hetzelfde beeld. De grote verliezer in het verhaal is het openbaar vervoer, dat zijn aandeel in het aantal afgelegde kilometers zag dalen van 10,4% voor de lockdown tot 3,2% na de lockdown. De bezorgdheid over de veiligheid van verplaatsingen speelt daarbij een grote rol. Doordat thuiswerk de norm werd, was er een forse daling in het woon-werkverkeer. De meeste bevraagden (79%) staan positief tegenover telewerk voor functies die dat toelaten. Er is geen tijdverlies door pendelen, minder stress, minder vermoeidheid en een gevoel van vertrouwen dat de productiviteit positief beïnvloedt. Maar er zijn ook negatieve aspecten aan thuiswerk. De dagelijkse verplaatsing naar het werk vormt een duidelijke grens tussen professionele tijd en privétijd. Als deze wegvalt, wordt de grens vager, wat zou kunnen leiden tot meer burn-outs. Voor sommige bevraagden is het woon-werkverkeer ook een vorm van 'me time' die ze vulden met lezen of luisteren naar podcasts, of een manier om zich mentaal voor te bereiden op de werkdag. Vooral gebruikers van het openbaar vervoer missen daarom hun dagelijkse rit met trein of bus. Een op vijf van de bevraagden gelooft dat de veranderingen in woon-werkverkeer permanent zullen zijn. 14% overweegt om te verhuizen of ander werk te zoeken om hun aantal verplaatsingen te verminderen. Bij gebruikers van het openbaar vervoer loopt dat zelfs op tot 58%. Om volle treinen en bussen te vermijden, wenst 67% van de ondervraagden dat de tarieven van het openbaar vervoer aangepast worden om verplaatsingen buiten de spitsuren aan te moedigen. Een kwart van de ondervraagden wil daarvoor zijn eigen uurschema aanpassen.