...

De coronapandemie en de daarmee samenhangende lockdownmaatregelen zijn een bijzonder interessant onderzoeksdomein voor tal van specialismen. Aan de UCLouvain neemt prof. Grégoire Lits (Instituut taal en communicatie) deel aan een nationale studie1 over de invloed van communicatie in de media (infodemie) op het gedrag en angst (prof. Bernard Hanseeuw, neurologie) en aan een internationale studie2 over de psychosociale impact van covid-19. Die multidisciplinaire studie wordt uitgevoerd in acht landen op vier continenten (Canada, USA, Verenigd Koninkrijk, België, Zwitserland, Hong Kong, Filipijnen en Nieuw-Zeeland. Hoe is dat gegaan? "Van bij het begin van de lockdown in februari hebben we in België een enquête via de sociale netwerken opgestart om het verband te evalueren tussen informatie en angst. Canadese collega's van de Universiteit van Sherbrooke, die aan eenzelfde project aan het werken zijn en die een internationale vergelijkende peiling zouden willen uitvoeren in acht landen, hebben contact met mij opgenomen. De Canadese enquête loopt bij een veel representatiever staal van de bevolking dan onze enquête via sociale netwerken. Die internationale resultaten zullen dus steviger zijn dan de onze, maar het algemene probleem is ongeveer hetzelfde." Die internationale studie (8800 patiënten, van wie 1015 in België) peilt naar twee psychosociale problemen: angststoornissen en depressie. "Interessant is dat ongeveer 20% van de bevolking in België en Zwitserland mogelijk een angststoornis vertoont of depressief is, maar dat is veel minder dan in de andere landen: bijna 40% in de Verenigde Staten, meer dan 35% in het Verenigd Koninkrijk, gevolgd door de Aziatische landen (ongeveer 35%), Canada en Nieuw-Zeeland (< 30%)." "Dat is heel verwonderlijk: in België en Zwitserland zou de crisis minder impact hebben, hoewel de incidentie van covid-19 en het aantal sterfgevallen per miljoen inwoners er hoger zijn dan in de andere zes landen. Je zou verwachten dat de incidentie van angst en depressie hoger zou zijn in de landen die het meest worden getroffen door covid-19, maar dat blijkt niet zo te zijn. Er moeten dus nog andere factoren meespelen dan de pandemie zelf. Of misschien zijn Belgen minder angstig en minder depressief en leven ze daarom de maatregelen minder goed na. Dat zijn hypothesen die we moeten toetsen", commentarieert hij. Een laag gevoel van coherentie, de leeftijd en het geslacht blijken risicofactoren te zijn. "De variabele die het meest speelt, is het gevoel van coherentie (dat het individuele vermogen om stress en onzekerheid te verwerken meet). Mensen met een sterk ontwikkelde zin van coherentie dreigen minder angstig en depressief te worden tijdens de covid-19-crisis. De verklaring daarvoor zou zijn dat de situatie zeer onzeker is. En onzekerheid kan angst veroorzaken. Het risico is drie- tot viermaal hoger bij jongeren (jonger dan 24 jaar) en ook vrouwen lopen een iets hoger risico." Het nieuwe aan deze enquête is volgens Grégoire Lits dat ze de bron van informatie evalueert als een van de mogelijke stress-factoren: hoe winnen mensen informatie in over covid-19? Geloven ze in nepnieuws? In samenzweringstheorieën? "Daarbij zijn twee dingen naar voren gekomen. De informatiestroom is een belangrijke stressfactor en er bestaat een correlatie tussen nepinformatie en angst en depressie. Dat was te verwachten, maar nu hebben we het ook kunnen meten. We weten nog niet hoe dat komt. Is het omdat de mensen bang zijn, dat ze zich laten geruststellen door fake news of is het net omgekeerd en zou nepnieuws angst veroorzaken?" Zou dat mechanisme het succes van de Franse documentaire Hold-up kunnen verklaren? "Mijn hypothese is dat die documentaire een uiterst coherent beeld schetst in de zin van: 'Het is een algemeen complot' en dat dat geruststellend werkt. Dat kan helpen om onzekerheid te verwerken, om coherentie te creëren, wat zou kunnen verklaren waarom het werkt", denkt hij. Hoe kunnen we dan een evidentiegebaseerde boodschap verspreiden? "Dat is gecompliceerd. Dat heeft te maken met het vertrouwen dat de mensen hebben in de media en de regering. Als het vertrouwen er niet meer is, duurt het jaren om het vertrouwen te herwinnen. Dat weten we al lang. Dat is echt een probleem bij het aanpakken van de infodemie rond covid-19." Dat was de eerste reeks vragen die begin juni aan Belgen werden gesteld in het kader van de internationale studie. Einde november hebben de vorsers een tweede enquête afgerond met dezelfde vragenlijst aangevuld met vragen over alcoholisme, zelfmoord-gedachten en huishoudelijk geweld. Het is de bedoeling de evolutie van de angst en depressie en de verschillen tussen de landen te evalueren om een beter inzicht te krijgen in de stressoren. Zoals al gezegd, neemt Grégoire Lits deel aan een nationale en een internationale studie over het probleem van infodemie. Infodemie is een enorm probleem geworden bij het aanpakken van de gezondheidscrisis. De resultaten van de eerste golf van de studie in Franstalig België werden in mei gepubliceerd in Louvain médical1. "Eén van de cijfers waar de vorsers sterk van onder de indruk zijn, is dat 9% van de artsen heeft aangegeven dat ze niet naar het ziekenhuis zouden gaan als ze een andere ziekte zouden krijgen, omdat ze bang zijn er het SARS-CoV-2 op te lopen (tegen 24% in de algemene bevolking). Dat antwoord hadden we niet verwacht van artsen. Het is dus belangrijk dat de ziekenhuizen duidelijke en geruststellende informatie geven", concludeert hij. De studie toont ook aan dat de respondenten wat het coronavirus betreft, het meeste vertrouwen hebben in de gezondheidswerkers en dat de groep de het meest dreigt te worden meegesleurd in de infodemie, net de groep is die het hoogste risico loopt in geval van een SARS-CoV-2-infectie, de 65-plussers. De groep van UCLouvain heeft net de derde golf vragen die via de sociale netwerken gesteld werden, afgesloten en is nu de evolutie van al die variabelen van februari tot heden aan het analyseren.