Dystonie is een zeldzaam, bijna-vergeten neveneffect van heel wat medicatie. Precies omdat de kans dat het zich voordoet klein is en het ziektebeeld zeer complex is, diagnosticeren en behandelen artsen de aandoening vaak pas laattijdig.
...
Recent richtte de Koning Boudewijnstichting een Fonds Secundaire Dystonie op. Doel is meer bewustzijn te creëren voor deze gevaarlijke bijwerking van heel wat medicatie. De Stichting werkt hiervoor samen met de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie (VVP). Over dit onderwerp schreven prof. psychiatrie Marc De Hert (UPC Leuven), psychiater Kirsten Catthoor (ZNA PZ Stuivenberg, VVP) en onderzoekspsycholoog Johan Detraux (UPC Leuven) een wetenschappelijke paper. Voor de KBS stelden ze een gratis te downloaden brochure samen gericht op professionele hulpverleners en het brede publiek. Gewerkt wordt nog aan een animatiefilmpje. De auteurs stellen vast dat de kennis van dystonie, zeker als ze veroorzaakt wordt door medicijnen, erg beperkt is. De fysieke en psychische impact is nochtans erg groot en uitzonderlijk zelfs levensbedreigend. De brochure beoogt de kennis over dystonie door medicatiegebruik te vergroten zodat patiënten sneller de juiste diagnose en behandeling krijgen. Dat vermijdt medische noodsituaties en uitzonderlijk overlijden. Dystonie is een bewegingsstoornis, ze geeft aanleiding tot spiercontracties met abnormale bewegingen en houdingen tot gevolg. Deze kunnen zich focaal, multifocaal of gegeneraliseerd voordoen. Meestal komen de spierkrampen voor in het hoofd en de nek. In geval van laryngeale dystonie kan dit levensbedreigend zijn. De oorzaken kunnen erfelijk zijn, het gevolg van een trauma of een ontsteking enz. Dystonie kan ook optreden als neveneffect van heel wat medicatie, in het bijzonder van antipsychotica en anti-emetica. Angst en spanningen verergeren de symptomen. Bij medicatiegebruik is er een onderscheid tussen acute en laattijdige dystonie. Het eerste treedt voor 90% op binnen drie tot vijf dagen na de start of dosisverhoging van de medicamenteuze behandeling, bij polymedicatie of wanneer het toedienen van anticholinergica wordt verminderd of gestopt. Meestal verdwijnt de aandoening spontaan na stopzetting van de behandeling. Ze wordt ook snel verholpen door toediening van anticholinergica, antihistaminica of benzodiazepines. Laattijdige dystonie ontwikkelt zich pas na enkele maanden tot zelfs jaren na toediening van medicatie. Het spreekt voor zich dat dit veel moeilijker te herkennen en te behandelen is. Ook de diagnose levensbedreigende laryngeale dystonie door medicatie wordt vaak gemist. Dat komt omdat artsen luchtwegbelemmeringen vaak verkeerdelijk aanzien als een anafylactische reactie, epiglottitis, een psychische crisis of een paniekaanval. Het is dus aangewezen het risicoprofiel van de patiënt na te gaan en zich de vraag te stellen of recent een geneesmiddelenbehandeling werd opgestart. Dat geldt overigens ook voor niet-levensbedreigende vormen.