...

We schrijven anno 1834 als voor het eerst in Domburg met badkoetsen en badkostuums wordt gebaad. Zeeuwen kenden Domburg wel als kustplaatsje, en er zijn ooit sporen van Romeinse thermen aan de kust gevonden, weet mijn gids."Maar verpozen aan zee en op het strand was in de 19e eeuw voorbehouden voor de elite. En niet te vergeten: in die jaren was er nog geen fijn wegennet of openbaar vervoer. Zeeland en Domburg worden pas vanaf de jaren 1870 bereikbaar met trein en tram." Café Tramzicht refereert aan die oude tramhalte.Die eerste zwempartij geeft het kustplaatsje weliswaar enige extra bekendheid, maar in die eerste decennia groeit Domburg als baden kuuroord slechts met mondjesmaat. In 1837 wordt het Badpaviljoen gebouwd, in 1866 ontstaat het Badhotel. Het zijn nog steeds druk gefrequenteerde plekken waar je in het zonnetje kan genieten van zicht op zee of rustig verwijlt in het groen.Vanaf de jaren 1880 gaat een comité zich intensiever bezighouden met de promotie van de badplaats. Zo wordt in het Domburgsch Badnieuws wekelijks vermeld welke belangrijke badgasten arriveren. Een bekende publicist over kuuroorden wordt hier gesignaleerd, kapitaalkrachtige stedelingen laten de eerste villa's in de duinen bouwen en ook dr. Johann Metzger opent in Villa Irma een praktijk.Metzger, die Domburg had leren kennen via zijn echtgenote, geldt als de grondlegger van de moderne kinesitherapie. 'De kneed-dokter', die in Amsterdam heel wat klanten uit de high society had (zoals keizerin Sisi en de Zweedse kroonprins) laat zijn patiënten Zeeland ontdekken. Onder hen ook de Nederlandse prinses Marie en haar schoonzus Elisabeth zu Wied, koningin van Roemenië. Die genoot grote faam als schrijfster onder de schuilnaam Carmen Sylva. De villa naast het Badpaviljoen heet ook zo, een verwijzing naar haar verblijf in 1889.En in hun zog komt ook de adel naar dit gemoedelijke dorp. Uit Engeland (dankzij de ferrylijn naar Vlissingen) en uit de VS zakken eveneens kuurtoeristen af naar Zeeland. Voor al die kuurders werd zelfs een gids vertaald, De beteekenis en het gebruik der zeebaden in het Noordzeebad Domburg.Beweging, zuivere zeelucht, zeebaden: Domburgs faam als 'Heilbad' werkt tot op vandaag door. "Domburg leeft van het toerisme", stelt mijn gids. Getuige: jonge gezinnen en actieve senioren komen hier graag uitwaaien en/of uitrusten op de Mondriaanbank. Langs het wandelpad richting Oost kapelle, waar dr. Metzger begraven ligt, kom je voorbij de plek waar ooit Villa Irma stond.Als Metzger in 1909 overlijdt, blijft Europa's elite weg uit Domburg. Intussen hadden kunstenaars het kustplaatsje ontdekt. Bij de eerste kunstenaars was Emile Claus. Van hem is een schilderij Zicht op Domburg uit 1879 bekend. Vooral Jan Toorop, die hier vanaf 1897 's zomers vakantie houdt, wordt een voortrekker om zijn collega's te laten kennismaken met het Zeeuwse licht. Opmerkelijk: Toorop werd door Henry Van de Velde attent gemaakt op Domburg.In het zog van Toorop ontdekt onder meer Piet Mondriaan Domburg en omgeving. Het uitkijkpunt Hoge Hil, de bossen van de Manteling, de molen langs de Roosjesweg, strandtaferelen figureren geregeld in hun schilderwerk.Toorop neemt ook het initiatief om een tentoonstellingshal in de duinen te bouwen. Die zomertentoonstellingen zullen tussen 1911 en 1921 plaatsvinden. Het Marietak van Poortvlietmuseum is trouwens een reconstructie van die exporuimte. Tegenover de kerk (nu restaurant Dolphijn) bevond zich het woonhuis/atelier van Toorop.We hebben er al op gewezen dat tijdens Wereldoorlog I ook Belgische kunstenaars op Walcheren strandden. De intimistische taferelen en hoekjes van Domburg van Emmanuel Viérin, Jozef Posenaer, Frans Willems en Jean Gouweloos zijn een fijne ontdekking. Gouweloos woonde een tijdlang in huis De Broodkiste aan de Domburgseweg. Net als zijn collega's nam hij deel aan de Domburgsche Tentoonstellingen.Tot slot: sinds 2004 knoopt men opnieuw aan met die kunstige traditie. Tijdens de Schildersweek worden kunstenaars uitgenodigd om werk te creëren en te exposeren. Het initiatief is opgestart door een plaatselijke arts, dr. Willem Spekhorst.