...

In uw apotheek verhuurt u wellicht medische hulpmiddelen zoals bv. rolstoelen, aerosolapparaten, luchtbevochtigers, manometers, kinderweegschalen, elektrische melkafkolvers, hometrainers en dies meer. Het kan dan wel eens gebeuren dat de patiënt tijdens de looptijd van de huurovereenkomst (of na het beëindigen van de huur) zich terug aanbiedt in uw apotheek met een beschadigd of defect toestel. In dat geval is het steevast de vraag of u de patiënt daarvoor een vergoeding kunt laten betalen dan wel of u zelf opdraait voor de schade. Bij het einde van de huur moet de patiënt het gehuurde goed in principe teruggeven in de staat waarin dit zich bevond bij het begin van de huur. Hij heeft nu eenmaal een zogenaamde teruggaveplicht. Raakte het goed tijdens de huur beschadigd door toedoen van de huurder, dan kunt u zonder enige twijfel vragen dat uw patiënt deze schade aan u vergoedt. Is er sprake van een diefstal dan kunt u al eveneens vragen dat de huurder u de schade vergoedt, tenzij de huurder niets kon doen aan de diefstal en hij de nodige voorzorgen nam om die te vermijden (het toestel werd bv. thuis bij de patiënt gestolen hoewel de patiënt de woning perfect afsloot en zelfs een alarmsysteem had). Gaat het verhuurde product stuk tijdens de huurtermijn, dan moet worden gekeken of dat al dan niet te wijten was aan een verkeerde manipulatie door de huurder. Is dat het geval, dan kunt u weerom vragen dat de huurder de schade vergoedt. Is het probleem integendeel te wijten aan slijtage, dan dient u als verhuurder één en ander meestal op te lossen. De patiënt mag nu eenmaal verwachten dat u hem een goed werkend toestel ter beschikking stelt. Stelt u bij het einde van de huur (op het moment dat uw patiënt het gehuurde goed terugbrengt) vast dat dit beschadigd is, dan kunt u de patiënt daarmee confronteren. Betwist die niet de schade te hebben veroorzaakt, dan kunt u meteen afspraken maken over de schadevergoeding die u hem zal vragen. Betwist uw patiënt dat hij de schade veroorzaakte, dan moet u bewijzen dat dit wel degelijk het geval was. U zal dus moeten aantonen dat de patiënt het medisch hulpmiddel in een andere en betere staat van u ontving bij het begin van de huur. Het leveren van dat bewijs is niet altijd even eenvoudig. Idealiter maakt u dan ook bij het begin van de huur een documentje op waarin u onder andere beschrijft welk toestel de patiënt huurt en waarbij u meteen de staat daarvan beschrijft (en eventuele beschadigingen aanduidt). Zelfs als er geen discussie bestaat over wie de schade toebracht, kan er bovendien nog een betwisting ontstaan over de schadevergoeding. U kunt daarbij enkel een vergoeding vragen voor de werkelijke schade die werd veroorzaakt. Is het product dat u verhuurde door de beschadiging definitief 'verloren', dan kunt u o.i. een vergoeding vragen voor de waarde die het goed nog had bij aanvang van de huur en niet voor de 'nieuwwaarde' (tenzij het product bij aanvang van de huur 'nieuw' was). Bij de bepaling van de vergoeding moet er nu eenmaal rekening worden gehouden met de vetustiteit. U kunt bij aanvang van de huur contractuele afspraken maken met uw patiënt waarin u zelfs kunt afwijken van de bovenstaande principes. Het is aangewezen met de huurder een schriftelijke overeenkomst af te sluiten waarin u allerhande bepalingen opneemt omtrent ieders rechten en plichten. U kunt in deze overeenkomst onder andere opnemen voor welke doeleinden de patiënt de gehuurde goederen mag gebruiken, wie er verantwoordelijk is bij bv. diefstal van het goed, welke schadevergoeding verschuldigd is bij een beschadiging of een totaal verlies, of er een huurwaarborg moet worden betaald en hoeveel die bedraagt en dies meer. U kunt met de huurder overeenkomen dat die u een huurwaarborg moet betalen. Ook over het bedrag van de waarborg kunt u afspraken maken. Er zijn geen wettelijke voorschriften die aangeven hoe hoog de huurwaarborg precies mag zijn. U kunt ook vragen dat die waarborg gewoon aan u wordt betaald. Maakte u geen afspraken bij het begin van de huur over de huurwaarborg, dan kunt u die niet zomaar nog tijdens de huur opvragen. Doet u dat toch, dan kan de huurder zeggen dat hij nooit akkoord ging met het moeten betalen van een waarborg. Betaalde de huurder een waarborg, dan kunt u die (al dan niet deels) 'inhouden' als het gehuurde product bij het einde van de huur beschadigd blijkt te zijn. Is uw huurder het daar niet mee eens, dan kan die eventueel naar de rechter stappen om daar de waarborg terug te vragen. Blijkt de huurder op het einde van de huur niet alle huurgelden te hebben betaald, dan kunt u die eveneens van de huurwaarborg afhouden.