Sinds 1 juli laatstleden bestaan de zorgraden officieel één jaar. Hiep Hoera! De belangrijkste opdrachten van de zorgraden staan te lezen in het Besluit van de Vlaamse Regering van 17 mei 2019: "Eerstelijnszorgaanbieders stimuleren om zich te verenigen met het oog op intraprofessionele samenwerking" en "informatie en methodieken ter beschikking te stellen met het oog op een goede organisatie en vertegenwoordiging".
In Vlaanderen zijn maar liefst 60 zorgraden uit de startblokken geschoten, waar alle zorgverstrekkers elkaar op regelmatige basis treffen om de samenwerking binnen de eerste lijn op elkaar af te stemmen, iedereen vanuit zijn/haar eigen competentie. Die lokale werking is geen overbodige luxe want de zorgnoden zijn niet overal dezelfde, noch het aanbod. Zorg op maat is niet langer een holle leuze, maar een realiteit op het terrein. Enkel een lokaal sterke eerstelijn kan de meest toegankelijke, duurzame en kwaliteitsvolle zorg aanbieden.
De Vlaamse Regering gelooft in de zorgraden. "Door de lokale verankering van de zorgraden met de verschillende lokale besturen, zorgaanbieders, welzijnsactoren en verenigingen van personen met een zorg- en ondersteuningsvraag hebben de 60 zorgraden een unieke positie om snel te kunnen anticiperen op mogelijke problemen", zo staat te lezen in het Besluit van de Vlaamse Regering over de toekenning van een subsidie aan de zorgraden in het kader van de bestrijding van de covid-19-pandemie.
Er is nood aan een structurele en correcte financiering voor de vele honderden zorgverstrekkers actief in de zorgraden en de daarbij broodnodige kringwerking om de deelnemende beroepsgroepen te ondersteunen
Toch is er na één jaar een diepe kloof tussen de (politieke) erkenning van de zorgverstrekkers actief in deze zorgraden en de bijhorende structurele financiering. De subsidie voor de bestrijding van de covid-19-pandemie was meer dan welkom, maar het is bijzonder moeilijk om duurzaam aan de slag te gaan met beperkte middelen en tegelijkertijd de ambitieuze doelstellingen te halen die de eerstelijnszorgverstrekkers (maar ook de Vlaamse Regering) voor ogen hebben. Het wachten op een eerlijke (h)erkenning en vergoeding is bijzonder jammer want zonder uitzondering zijn het net deze professionals met een goedgevulde dagtaak die zich inzetten voor een sterke lokale eerstelijn. Dit laatste is ook duidelijk gebleken in de dagelijkse werking van de vaccinatiecentra.
De zorgraden bestaan inmiddels dus 1 jaar. Zorgverstrekkers engageren zich in deze zorgraden. Lokale kringwerking en projecten moeten verder worden uitgebouwd. Naar de toekomst toe moeten we echter vermijden dat het engagement van de zorgverstrekkers in de zorgraden in het gedrang komt door eindeloze en tijdrovende discussies over billijke financiering zowel op niveau van de zorgverstrekker als op niveau van zijn lokale kring. In het belang van die continuïteit moeten we de discussie aangaan over een structurele financiering, over meerdere jaren heen. Uit ervaring weten we dat projecten rond zorg bijzonder complex zijn en niet op één jaar kunnen worden afgerekend. Net daarom is het belangrijk om te streven naar een duurzame vorm van financiering.
De terechte vraag vanuit de eerstelijn naar een structurele financiering van zorgverstrekkers in zorgraden en daarbijhorende kringwerking is geen verzoek om een blanco cheque. Tegenover die financiering over meerdere jaren is het aan de beroepsgroepen om in overleg met de Vlaamse Regering en de zorgraden duidelijke doelstellingen en een meerjarenplan uit te werken, met tussentijdse evaluaties. De werking en de organisatie van de zorgraden zullen verder evolueren. Een structurele financiering is niet alleen een extra motivatie voor alle zorgverleners die bij de zorgraden zijn betrokken, maar ook een engagement naar de toekomst toe om de werking van die zorgraden verder uit te bouwen en om ze de kans te geven daadwerkelijk resultaten te boeken.
Tijdens de covid-19-pandemie, meteen tijdens het eerste jaar, hebben de zorgverstrekkers aangetoond dat ze op het terrein heel snel kunnen schakelen. Het bewijs dat op lokaal niveau de neuzen in dezelfde richting staan.
Aan ambitie en motivatie ontbreekt het niet, maar de politieke erkenning kan steeds beter en hopelijk kunnen we in de komende maanden de gesprekken aangaan om een duurzame en structurele financiering op te zetten.
Een deel van het probleem is ook de versnippering van bevoegdheden. Alles wat met vergoedingen en terugbetalingen te maken heeft, is de verantwoordelijkheid van de Federale Overheid, terwijl Vlaanderen bevoegd is voor de organisatie van de zorg. In het nieuwe federale regeerakkoord staat dat de eerstelijnszorg in samenwerking met de deelstaten moet worden gevaloriseerd en versterkt. We kunnen alleen maar hopen dat daar ook echt werk van wordt gemaakt. Dit mogen geen beslissingen zijn die boven de hoofden van de zorgverstrekkers worden genomen. Onze oproep? Betrek ons bij de discussie en bepaal samen met ons waar onze gezondheidszorg naartoe moet.
Zorgverstrekkers geloven in een meerjarenplan voor een sterke en zorgzame eerste lijn waarin een respectvol overlegmodel tussen de eerste lijn, de Vlaamse Overheid en de Federale Overheid een belangrijk aspect is.